M4 voorbereiden mondeling Leeskringdossier

M4 voorbereiden mondeling
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

M4 voorbereiden mondeling

Slide 1 - Slide

Leerdoelen 
  1. Ik kan mijn Leeskringdossier op tijd inleveren
  2. Ik weet hoe ik mijn mondeling kan voorbereiden
  3. Ik kan mijn mondeling voorbereiden

Slide 2 - Slide

Weektaak week 1
  • Leeskringdossier inleveren
  • Mondeling voorbereiden

Slide 3 - Slide

Wat weet je al?

Slide 4 - Slide

Hoelang duurt het mondeling?
A
15 minuten
B
30 minuten
C
45 minuten
D
60 minuten

Slide 5 - Quiz

Waar gaat het mondeling over?
A
Leesautobiografie
B
boekanalyses 1, 2 en 3
C
boek-filmvergelijking
D
gedichtanalyse

Slide 6 - Quiz

Welke docenten nemen het mondeling af?
A
THI/VDS
B
THI/HAJ
C
THI/SND
D
THI/KAN

Slide 7 - Quiz

Wanneer is het mondeling examen?
A
week 2
B
week 3
C
week 2 en 3
D
week 1 en 2

Slide 8 - Quiz

Het mondeling
Zorg ervoor dat je evenveel van alle drie de boeken afweet als je groepsgenoten. Vul elkaar tijdens het mondeling aan als dat nodig is. Het is dus belangrijk dat je weet wat de ander gaat vertellen. We letten zowel op stemgebruik, inhoud van de gelezen boeken en kennis van de literaire begrippen en dat je ze kunt betrekken op je gelezen boeken.

Slide 9 - Slide

Gebruik voorbeelden!
 Maak veelvuldig gebruik van voorbeelden uit de gelezen boeken. Dus NIET het was een leuk boek, omdat het spannend was. En het was realistisch, want het kan ook in het echt gebeuren. Maar WEL er was sprake van telling in hoofdstuk 3 want er werd een tijdsprong gemaakt en de schrijver gebruikte de zin ‘3 weken later’, dit is een goed voorbeeld van telling, want hij beschrijft in weinig woorden wat er is gebeurd.


Slide 10 - Slide

Alleen punten bij voorbeelden
Je kunt alleen punten krijgen voor de literaire begrippen als je goed beargumenteert en onderbouwt met voorbeelden. Tijdens het mondeling wordt door middel van een tombola bepaald wie welk boek gaat presenteren. Wees dus goed voorbereid.

Slide 11 - Slide

Wat wordt de rolverdeling bij het mondeling?
A
boekanalyse + gedichtanalyse
B
boekanalyse + boek-filmvergelijking
C
boekanalyse + inleiding en slot
D
boekanalyse + boekanalyse

Slide 12 - Quiz

  1. Boekanalyse 1
  2. Boekanalyse 2
  3. Boekanalyse 3
  4. Boek-filmvergelijking
  5. Gedichtanalyse
  6. Inleiding, slot 

Slide 13 - Slide

Hoe leid je het mondeling in? (1 min)
Vertel kort over de samenwerking, de boeken, de film en het gedicht.
We hebben drie boeken gelezen, namelijk: …
Van het … boek hebben we de film … gekeken
We gaan straks eerst iets vertellen over …
Daarna over …
Vervolgens over …
Dan over de boek-filmvergelijking
En tot slot vertellen we over het gedicht.

Slide 14 - Slide

Titel, thema, personages, ontwikkeling (3 min)
Ons eerste boek heet ..., ik vind de titel ..., bijvoorbeeld ...
Het thema is ... , want ...
De personages in ... zijn ... 
De hoofdpersoon ... is een round/flat character, want ...
Ook maakt de ... een karakterontwikkeling door.
Dat weet je doordat ...
(Elk Leeskringlid vertelt over één boek)

Slide 15 - Slide

De overgang 
Tussen de overgang van de eerste 3 punten naar de volgende punten. Vat één Leeskringlid even kort samen.

Van de drie gelezen boeken vinden we dat  ... de beste titel heeft. Het thema van ... sprak ons het meest aan. Daarnaast zijn de personages in ... het best uitgewerkt.

Slide 16 - Slide

Spanning, tijd en ruimte, opbouw (3 min)
1. Spanning (open plekken, globale– en lokale spanning)
2. Tijd en ruimte (welke tijd, verteltijd, vertelde tijd, showing, telling, plaats)
3. Opbouw (chronologisch, niet-chronologisch, motorisch moment, verhaallijnen, opbouw)

Slide 17 - Slide

De overgang 
Tussen de overgang van de 3 punten naar de volgende punten. Vat één Leeskringlid even kort samen.

Van de drie gelezen boeken vinden we dat de schrijver in  ... het best heeft gezorgd voor spanning. Daarnaast ... Tot slot ...

Slide 18 - Slide

Vertelsituatie, fictie, mening (3 min)
1. Vertelsituaties
2. Realistische of niet-realistische fictie
3. Mening (emotie-, identificatie-, realisme-, spannings-, structuur- en vernieuwingsargument)

Slide 19 - Slide

De overgang 
Tussen de overgang van de eerste3 punten naar de volgende punten. Vat één Leeskringlid even kort samen.

Van de drie gelezen boeken vinden we dat  ... de beste titel heeft. Het thema van ... sprak ons het meest aan. Daarnaast zijn de personages in ... het best uitgewerkt.

Slide 20 - Slide

Boek-filmvergelijking (1 min)
Verschillen tussen het boek en de film
• Welke verschillen zijn er tussen het gelezen boek en de film?
• Zijn er scènes overgeslagen of toegevoegd?
• Is er verschil in vertelperspectief (film voice-over)?
• Wat doet de schrijver om het boek spannend te maken? Wisselen van verhaallijn? Open plekken? O.i.d.
• Wat doet de regisseur om de film spannend te maken? Camerastandpunten? Muziek?
• Tot slot wat sprak je meer aan: de film of het boek? En waarom?

Slide 21 - Slide

De overgang 
Naast het lezen van boeken en het kijken van de film hebben we ook een gedicht geanalyseerd. We hebben ... gekozen, omdat ...

Slide 22 - Slide

Gedichtanalyse (1 min)
1. Keuze gedicht
2. Onderwerp
3. Vormkenmerken
4. Eindrijm en eindschema
5. Alliteratie
6. Assonantie

Slide 23 - Slide

Stijlfiguren  (1 min)
• Tegenstelling
• Herhaling
• Paradox
• Opsomming
• Pleonasme
• Tautologie
• Hyperbool
• Retorische vraag

Slide 24 - Slide

Beeldspraak (1 min)
• Vergelijking-met-als
• Vergelijking-zonder-als
• Metafoor
• Metonymia
• Personificatie

Slide 25 - Slide

Mening over het gedicht

Slide 26 - Slide

De afronding (1 min)
Hoe ging de samenwerking?
Wat heb je ervan geleerd?
Wat weet je over een paar jaar nog?
Welk boek blijft je bij en welk boek niet? Waarom?

Slide 27 - Slide

Maak een spreekplan 

Slide 28 - Slide

Ga naar je mail
In de mail 'Voorbereiding mondeling'
Elk Leeskringlid gaat zijn eigen mondeling voorbereiden
Let op! je moet ook van de andere onderdelen evenveel weten

Slide 29 - Slide