What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
grammatica + spelling gt2b
Herhaling grammatica & spelling
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Herhaling grammatica & spelling
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen vandaag?
Wat weten jullie nog?
Uitleg
Zelfstandig werken
Afsluiten
Slide 2 - Slide
Hoeveel persoonsvormen heeft een samengestelde zin?
A
0
B
1
C
2
Slide 3 - Quiz
Wat doet een voegwoord?
A
Het verbindt twee woorden of zinnen met elkaar
B
Het is gewoon opvulling in een zin
C
Het geeft een plaats of tijd aan in de zin
Slide 4 - Quiz
Bij welk voegwoord hoef je geen komma te gebruiken?
A
Nadat
B
Toen
C
Maar
D
En
Slide 5 - Quiz
Wanneer gebruik je aanhalingstekens?
A
Als je indirecte rede gebruikt
B
Als je iemand citeert
C
Als je iemand parafraseert
Slide 6 - Quiz
Voegwoord:
Een voegwoord verbindt twee woorden, woordgroepen of zinnen met elkaar.
Voorbeeld:
Appels
of
peren
De blije winnaar
en
de teleurgestelde verliezer
Naomi bestelt een vegetarische pizza,
want
ze eet geen vlees.
Slide 7 - Slide
Samengestelde zinnen
Wat zijn dat?
Slide 8 - Slide
Enkelvoudige zin:
Een enkelvoudige zin is een zin met maar één persoonsvorm.
Samengestelde zin:
Twee enkelvoudige zinnen die aan elkaar geplakt zijn.
Een samengestelde zin heeft dus ook
twee
persoonsvormen
In een samengestelde zin staat ook een voegwoord!
Slide 9 - Slide
Bijvoorbeeld
Ik fluit een liedje, terwijl ik naar school fiets.
Slide 10 - Slide
Komma
Wanneer gebruik je een komma?
Slide 11 - Slide
Wanneer er twee persoonsvormen naast elkaar staan
Tussen delen van een opsomming
Voor voegwoorden
Terwijl Jasper schoonmaakt, luistert hij muziek.
Chris ging tijdens de cruise langs Frankrijk, Portugal, Spanje en Italië.
Sanne kijkt vaak naar Engelse films, omdat ze graag Engels wil leren.
Slide 12 - Slide
Aanhalingstekens en dubbele punt
Wanneer gebruik je welke?
Slide 13 - Slide
Een dubbele punt laat zien dat je iets aankondigt of opsomt.
Ik kreeg gister een aantal cadeautjes: scheenbeschermers, voetbalkousen en een trainingsjack.
Aanhalingstekens gebruik je als je opschrijft wat iemand letterlijk heeft gezegd, oftewel een citaat.
Orlando zei: 'Vrijdag ga ik op vakantie.'
Slide 14 - Slide
Zelfstandig werken
Wat? Werkblad
Hoe? Zelfstandig
Hulp? Meneer Koster
Tijd? 20 minuten
Uitkomst? Met het werkblad geoefend voor de toets
Klaar? Alvast leren voor de toets
Slide 15 - Slide
Welke van de volgende woorden is geen voegwoord?
A
Zoals
B
Vaak
C
Omdat
D
Want
Slide 16 - Quiz
Noem tenminste twee voegwoorden
Slide 17 - Open question
Noem een van de drie situaties waarin je een komma in de zin plaatst
Slide 18 - Open question
Freek zei dat hij zaterdag moet voetballen. Maak van deze zin een citaat.
Slide 19 - Open question
Wanneer is een zin samengesteld?
A
Als er twee persoonsvormen in staan
B
Als er twee zelfstandig naamwoorden in staan
C
Als er twee bijvoeglijke naamwoorden in staan
Slide 20 - Quiz
Slide 21 - Slide
More lessons like this
Taal: Thema 6 herhaling week 1-3
May 2023
- Lesson with
36 slides
Taal
Basisschool
Groep 6
3TB - H2 Taalverzorging: Samengestelde zinnen
November 2021
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
Proefwerkweek 1: 2C
27 days ago
- Lesson with
51 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Les 23 - voorbereiden PWW1
November 2022
- Lesson with
11 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
3KC - H2 Taalverzorging: Samengestelde zinnen
March 2024
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
herhaling - PW formuleren en spelling - deel 1
April 2024
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
LJ3 TV H1-2-3
November 2021
- Lesson with
38 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Thema 6, week 3 Toets
March 2023
- Lesson with
33 slides
Taal
Basisschool
Groep 6