Nask 3vm H1 Krachten les 3

Welkom
Pak je spullen op tafel:
- Laptop -> lesson Up
- Werkboek A
- Geodriehoek + Potlood
1 / 16
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Welkom
Pak je spullen op tafel:
- Laptop -> lesson Up
- Werkboek A
- Geodriehoek + Potlood

Slide 1 - Slide

Ik heb mijn huiswerk gemaakt (3.1 en 3.2)
Ja
Nee
Minder dan de helft
Meer dan de helft

Slide 2 - Poll

Wat is de formule voor het berekenen van de zwaartekracht?
A
F(z)=m/g
B
F(z)=m x g
C
F(z)=g/m
D
F(z)=m x a

Slide 3 - Quiz

wat is de juiste waarde voor g op aarde?
A
10 N
B
100 N
C
10 N/kg
D
100 N/kg

Slide 4 - Quiz

Ik moet een rugtas optillen van 7500 gram. Hoe groot is de zwaartekracht?
A
7500N
B
75N
C
75000N
D
750N

Slide 5 - Quiz

Werkt er op mij nu een zwaartekracht?
Je ziet het effect toch niet?
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quiz

Bespreken opdracht 22

Slide 7 - Slide

Werkblad kracht tekenen
Opdracht 1

Slide 8 - Slide

Hoe kan het dat ik niet val?
Blijkbaar is en nog een kracht...

Slide 9 - Slide

Aantekening 3.3 nettokracht
Als een voorwerp niet beweegt of met dezelfde snelheid blijft bewegen zijn de krachten in evenwicht.
Als ik op een ondergrond sta werken er twee krachten op mij:
- De zwaartekracht
- De normaalkracht, de kracht recht omhoog, precies even groot als de zwaartekracht.

Deze twee krachten zorgen samen voor een evenwicht.

Slide 10 - Slide

Nettokracht
F(netto) = Alle krachten op een voorwerp bij elkaar opgeteld

F(netto) = F1 ± F2 ± F3...
      + bij krachten in zelfde richting,
      - bij krachten in tegengestelde richting


Smurfen: F(netto) = F1 - F2 = 180N - 100N = 80N

Slide 11 - Slide

Evenwicht
Een voorwerp is in evenwicht als F(netto) = 0

Voorwerp gaat niet versnellen of vertragen.
- blijft stil staan
- blijft met constante snelheid bewegen

Slide 12 - Slide

Hoe groot is de netto kracht?
A
80 N
B
280N
C
100N
D
180N

Slide 13 - Quiz

De auto rijdt met een constante snelheid.
De weerstand is 400 N
Hoe groot is de kracht van de motor?
A
0N
B
200N
C
400N
D
800N

Slide 14 - Quiz

Werkblad kracht tekenen
Opdracht 2

Slide 15 - Slide

Aan de slag
- Maken + Nakijken 3.3

- Daarna:  proef 1 en 4 (vandaag klaar)

- Klaar? maken test je zelf, digitaal 3.1 t/m 3.3

Huiswerk: SO 3.1 t/m 3.3

Slide 16 - Slide