Op een lampje staat 6V/0,045A.
a. Teken een kring met daarin het lampje.
b. Bereken de weerstand van de gloeidraad.
c. Hoe groot is het vermogen?
2. Op een lamp staat 75 Watt/220V.
a. Teken de kring en bereken de weerstand van de gloeidraad.
b. Hoe groot is de stroom (magnetisme) van de kring?