MH1G Zinsdelen

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Zinsdelen - MH1G

Lezen in je leesboek

Leerdoelen

Huiswerk bespreken
Het lijdend voorwerp

Zelfstandig werken

Blooket

Volgende lesuur: oefen-SO

Leerdoelen

Aan het eind van de les ...

1. kan ik in een zin het onderwerp aanwijzen.

2. kan ik in een zin het werkwoordelijk gezegde aanwijzen.

3. kan ik in een zin het lijdend voorwerp aanwijzen.

Huiswerk voor vandaag

Doen: Ga naar blz. 214. Lees de theorie over het lijdend voorwerp.

Maken: opdracht 1 en 4.

Leerdoelen:

1. Ik kan in een zin de persoonsvorm benoemen.

2. Ik kan in een zin ten minste vier zinsdeelstrepen zetten.

3. Ik kan in een zin het onderwerp benoemen.

4. Ik kan in een zin het lijdend voorwerp benoemen.

Huiswerk, opdracht 1

a. Martijn heeft een paar sneakers besteld.

b. De schoenenwinkel verstuurt het pakket.

c. De bezorger gebruikt zijn navigatiesysteem.

d. Zo kan hij Martijns adres makkelijk vinden.

e. Martijn begroet de bezorger met een lach.

f. Hij neemt de doos met schoenen mee naar binnen.

Huiswerk, opdracht 4

1. LV (wie/wat organiseert het platform Slechte Slogans?

2. az / MV

3. O (wie/wat (wie is degene die maakt)?

4. az / BWB (tijd)

5. LV (wie/wat kan iedereen uitbrengen)?

6. LV (wie/wat krijgt het bedrijf met de slechtste slogan?)

7. O (wie/wat staat)?

8. LV (wie/wat heeft een slechte slogan)?

9. O (wie/wat wordt)?

10. az / BWB 

Aantekeningen maken

Pak je schrift erbij!

Lijdend voorwerp (lv)

Het lijdend voorwerp is een zinsdeel. 

Bij het lijdend voorwerp 'overkomt iemand' of 'ondergaat een onderwerp' iets. 

Wat + pv/wg + ow? =  lijdend voorwerp

Lijdend voorwerp (lv)

lijdend voorwerp

Voorbeeld het lijdend voorwerp

Zelfstandig werken

Op fluistertoon (als dat niet lukt in stilte).

Dit ga je doen:

- Ga naar blz. 215.

- Maak opdracht 2.

- Snap je LV nog niet? Lees dan nog even de theorie op blz. 215.

- Klaar? Maak opdracht 3.

- Klaar? Alvast lezen in je leesboek. 

Vragen stellen mag na 5 minuten.

play.blooket.com

Oefen-SO

- Zet de tafels uit elkaar.

- Je werkt alleen (logisch, want het is een SO).

- Je beantwoordt alle vragen. Het is handig om de volgorde van de toets gewoon aan te houden. 

- Je mag je spiekbriefje erbij houden. Beter is om dat niet te doen. 

- Klaar? Vraag om een nakijkvel.

 --> Kijk je oefentoets nauwkeurig na. Schrijf je vragen op.
- Klaar met nakijken? Ga lezen in je leesboek.

Leerdoelen - check

Aan het eind van de les ...

1. kan ik in een zin het onderwerp aanwijzen.

2. kan ik in een zin het werkwoordelijk gezegde aanwijzen.

3. kan ik in een zin het lijdend voorwerp aanwijzen.