L3 ~ zakelijke correspondentie en brieven/mailings

LES 3
Week: 3

School: Business & Retail
Crebo: 25724 - Assistant Business Services
Leerweg: BOL & BBL & GIT
Kerntaak: B1-K1: Voert taken uit binnen de zakelijke dienstverlening
Werkproces: B1-K1-W2 Correspondentie

Docent: Mw. van Welij
1 / 46
next
Slide 1: Slide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 46 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

LES 3
Week: 3

School: Business & Retail
Crebo: 25724 - Assistant Business Services
Leerweg: BOL & BBL & GIT
Kerntaak: B1-K1: Voert taken uit binnen de zakelijke dienstverlening
Werkproces: B1-K1-W2 Correspondentie

Docent: Mw. van Welij

Slide 1 - Slide

Welkom bij Business Services
Welkom bij
Business Services

Slide 2 - Slide

DEZE LES
  • Terugblik
  • Leerdoelen
  • Uitleg
  • Aan het werk
  • Lesafsluiting


AFSPRAKEN
  1. Je bent op tijd in de les.
  2. Je neemt een eigen device mee naar mijn les.
  3. Je maakt opdrachten en levert deze op tijd in.
  4. Jas uit, pet/muts etc. af.
  5. In het lokaal mag je alleen water drinken, niet eten.
  6. Telefoons op zacht en in je tas (niet in je zak).

Slide 3 - Slide

LESDOELEN
Aan het einde van deze les weet je meer over...
  1. de indeling van een brief
  2. verschillende briefsoorten

Slide 4 - Slide

Waarom brieven?
Brieven schrijven lijkt misschien niet meer van deze tijd, want alles kan digitaal. Toch is het belangrijk dat je een zakelijke brief kunt schrijven. Je gaat nu leren waarom dat zo is.
Daarnaast leer je welke soorten brieven er zijn en leer je deze briefsoorten herkennen.

Slide 5 - Slide

Opdracht  A Briefsoorten

  1. Bekijk de PowerPointpresentatie Waarom brieven?
  2. Maak de Quiz briefsoorten en test je kennis.
  3. Maak een print screen van het resultaat.
  4. Sla het bestand op in OneDrive in het mapje BW2 Correspondentie
  5. Geef het bestand de volgende naam: briefsoorten

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

Wat is wat?
Een zakelijke brief herken je snel, omdat iedere brief dezelfde onderdelen bevat. Die verschillende onderdelen hebben allemaal een eigen naam. Je gaat in deze opdracht de onderdelen van een brief leren kennen.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Link

Opdracht  A Leef je uit
  1. Vul het Excelbestand Vragen over brieven in. (je ziet direct of je de goede antwoorden hebt ingevuld)
  2. Sla het bestand op in OneDrive in het mapje BW2 Correspondentie
  3. Geef het bestand de volgende naam: vragen over brieven

Slide 10 - Slide

Adressering, aanhef en afsluiting
Jouw brief moet natuurlijk wel bij de juiste persoon belanden. Daarom is het belangrijk dat je een brief correct adresseert.

In de zakelijke correspondentie is het ook belangrijk dat je professioneel overkomt. Daarom gebruik je de juiste aanhef en afsluiting in iedere situatie.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Link

Opdrachten  A - B - C
Maak de Quiz adressering
Sla het bestand op in OneDrive in het mapje BW2 Correspondentie
Geef de bestanden de volgende naam: adressering

Maak de Quiz aanhef
Sla het bestand op in OneDrive in het mapje BW2 Correspondentie
Geef de bestanden de volgende naam: aanhef

Maak de Quiz afsluiting
Sla het bestand op in OneDrive in het mapje BW2 Correspondentie
Geef de bestanden de volgende naam: afsluiting

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

LES 2
Week: 4

School: Business & Retail
Crebo: 25724 - Assistant Business Services
Leerweg: BOL & BBL & GIT
Kerntaak: B1-K1: Voert taken uit binnen de zakelijke dienstverlening
Werkproces: B1-K1-W2 Correspondentie

Docent: dhr. R. Dewkali

Slide 15 - Slide

Welkom bij Business Services
Welkom bij
Business Services

Slide 16 - Slide

DEZE LES
  • Terugblik
  • Leerdoelen
  • Uitleg
  • Aan het werk
  • Lesafsluiting


AFSPRAKEN
  1. Je bent op tijd in de les.
  2. Je neemt een eigen device mee naar mijn les.
  3. Je maakt opdrachten en levert deze op tijd in.
  4. Jas uit, pet/muts etc. af.
  5. In het lokaal mag je alleen water drinken, niet eten.
  6. Telefoons op zacht en in je tas (niet in je zak).

Slide 17 - Slide

LESDOELEN
Aan het einde van deze les weet je meer over...
  1. een schriftelijk bericht conform de huisstijl;
  2. het redigeren van teksten.

Slide 18 - Slide

Redigeren is een HIT!
H = huisstijl
I = inhoud
T = taal

Slide 19 - Slide

Redigeren is controleren op...
                                  
                                  Huisstijl 
                                  Is de tekst opgemaakt volgens de afspraken van de organisatie?

                                  Inhoud
                                  Is de inhoud goed en geschikt voor de doelgroep?

                                  Taal
                                  Is het Nederlands foutloos?

Slide 20 - Slide

Huisstijl en briefpapier
Huisstijl is de visuele presentatie van een organisatie.
  • vlaggen,
  • het logo op de gevel
  • de website
  • het servies
  • het briefpapier
     naam en adres
     telefoonnummer
     website
     e-mailadres
     banknummer
     KvK-nummer
     BTW nummer

Slide 21 - Slide

Voorbeeld huisstijl brief

Het logo, de kleur van de tekst, hoe het kenmerk opgebouwd wordt: het is allemaal vastgelegd in de huisstijl.

Slide 22 - Slide

In het briefhoofd is de huisstijl van een bedrijf herkenbaar. Wat is huisstijl?
A
Dit is alles waaraan je een bedrijf herkent, zoals kleur en logo.
B
Gezellige inrichting zodat de klant zich thuis voelt.
C
Grootte van het bedrijf en van de bedrijfsvestiging.
D
Manier waarop medewerkers binnen het bedrijf met elkaar omgaan.

Slide 23 - Quiz

Inhoud
Naast de huisstijl moet ook de inhoud correct zijn en geschikt voor jouw doelgroep.
Het stoepbord op de foto hiernaast bevat geen taalfouten. Maar zou dit nu echt de bedoeling zijn?
De klant krijgt twee glazen bier voor de prijs van twee glazen bier. Dat is niet echt een goede aanbieding, toch?

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Taal
Je boodschap moet goed begrepen worden door de ontvanger van je tekst.
Als de taalfouten meer indruk maken dan de inhoud van een tekst, dan maak je geen goede indruk.
Iedereen maakt fouten, daarom moet je teksten ook zo goed controleren.

Slide 31 - Slide

Voorbeeld taalfoutjes
Wat zijn ze van jou aan het opzoeken?

Correct is: Wij zijn op zoek naar jou!

Slide 32 - Slide

Redigeren is een HIT!
De kern van goede communicatie is dat de boodschap goed overkomt. Voor bedrijven is het daarnaast ook belangrijk dat klanten het bedrijf herkennen in de communicatie. Daarom moet een boodschap/tekst altijd goed gecontroleerd worden voordat deze gepubliceerd wordt. Dat heet redigeren. En redigeren kun je leren!

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Link

Opdrachten  B - C - D
Maak de Quiz huisstijl
Sla het bestand op in OneDrive in het mapje BW2 Correspondentie
Geef de bestanden de volgende naam: huisstijl 01

Maak de Quiz inhoud
Sla het bestand op in OneDrive in het mapje BW2 Correspondentie
Geef de bestanden de volgende naam: inhoud

Maak de Quiz taal
Sla het bestand op in OneDrive in het mapje BW2 Correspondentie
Geef de bestanden de volgende naam: taal

Slide 35 - Slide

Huisstijl
Je herkent een bedrijf vaak al snel aan zijn communicatie. Bijvoorbeeld doordat er altijd dezelfde kleuren en lettertypes gebruikt worden. En natuurlijk een herkenbaar logo.
Zo is een bedrijf gemakkelijk herkenbaar bij het publiek. Als organisatie wil je een bepaalde indruk maken; een bepaald beeld achterlaten bij je doelgroepen. Kortom: als organisatie wil je een imago dat past bij het beeld waar de organisatie voor staat. Een van de middelen die je daarvoor hebt, is de huisstijl. Als je gaat schrijven of redigeren, moet je er dus goed op letten dat de huisstijl goed is toegepast. 

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Link

Opdracht  A Huisstijl
  1. Beantwoord de vragen
  2. Sla het bestand op in OneDrive in het mapje BW2 Correspondentie
  3. Geef het bestand de volgende naam: huisstijl 02

Slide 38 - Slide

NLdoet!
De organisatie waar jij werkt doet dit jaar mee aan de actie NLdoet van het Oranje Fonds en wil daarom een bericht op het intranet zetten om medewerkers te interesseren voor deze vrijwilligersactie.

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Link

Opdracht  A NLdoet
  1. De tekst in deze quiz over NLdoet bevat acht fouten. Klik alle foute woorden aan.
  2. Sla het bestand op in OneDrive in het mapje BW2 Correspondentie
  3. Geef het bestand de volgende naam: nl doet

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Link

Opdracht  Interne nieuwsbrief redigeren
  1. De tekst in interne nieuwsbrief bevat veertien fouten. Markeer digitaal alle veertien foute woorden aan.
  2. Sla het bestand op in OneDrive in het mapje BW2 Correspondentie
  3. Geef het bestand de volgende naam: interne nieuwsbrief

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Link

Opdracht  taalfouten uit e-mail halen
  1. De tekst in de e-mail bevat negen fouten. Markeer digitaal alle negen foute woorden aan.
  2. Sla het bestand op in OneDrive in het mapje BW2 Correspondentie
  3. Geef het bestand de volgende naam: e-mail taalfouten

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide