Nederlands H6 voorzetsels

Wat weet je al van voorzetsels?
Kun je een aantal voorbeelden noemen?
1 / 15
next
Slide 1: Open question
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Wat weet je al van voorzetsels?
Kun je een aantal voorbeelden noemen?

Slide 1 - Open question

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Welke woorden zijn voorzetsels?
meerdere antwoorden zijn mogelijk
A
hier
B
boven
C
vanwege
D
wachten

Slide 5 - Quiz

Stelling: 'van' en 'bij' zijn ook voorzetsels
A
ja
B
nee

Slide 6 - Quiz

Vul het goede voorzetsels in:
Mohamed luistert graag ______ muziek.
A
op
B
naar
C
in
D
van

Slide 7 - Quiz

Vul het goede voorzetsels in:
Mevrouw van Jurg houdt ____ sushi.
A
van
B
in
C
voor
D
op

Slide 8 - Quiz

Wat zijn voorzetsels?
A
de, het, een
B
in, voor, achter
C
raam, deur, wand
D
voorlezen, voorspelen, voorzeggen

Slide 9 - Quiz

Wat zijn de voorzetsels in deze zin?
A
hij - naar
B
via - de
C
via - naar
D
hij - de

Slide 10 - Quiz

Die vrouw komt niet in
aanmerking ....... hulp
A
van
B
voor
C
om
D
over

Slide 11 - Quiz

Heb jij interesse ...... die nieuwe fiets?
A
voor
B
op
C
aan
D
in

Slide 12 - Quiz

In de volgende zin staan … voorzetsels

Met blote voeten loop ik door het warme zand.
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 13 - Quiz

De vermoeide reiziger is in de overvolle trein in slaap gevallen.
Hoeveel voorzetsels?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 14 - Quiz

Haal alle voorzetsels uit deze zin:

5) Wij moesten tijdens de gymles erg hard lachen.
A
wij
B
tijdens
C
erg
D
-

Slide 15 - Quiz