2.1 De pruikentijd

Hoofdstuk 2 Pruiken en revoluties


Par. 2.1  De Pruikentijd

1 / 19
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 2 Pruiken en revoluties


Par. 2.1  De Pruikentijd

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
In deze paragraaf leer je:
  • hoe het ging met de Nederlandse economie
  • welke sociale verhoudingen er waren in Frankrijk
  • welke nieuwe ideeën ontstonden

Slide 2 - Slide

Kenmerkend aspect bij deze paragraaf:
het denken over staat en maatschappij in de Verlichting

Slide 3 - Slide

Nederland
  • Nederland was niet meer het rijkste land van Europa, zoals dit in de Gouden Eeuw het geval was

  • In de steden was het vaak armoedig, daarom bouwden rijke Amsterdammers dure huizen aan de rivieren

  • In Nederland was er geen koning, de adel had weinig macht en de geestelijkheid bestond niet in de protestante kerk

Slide 4 - Slide

Pruiken voor de rijken
  • In de 18e eeuw was het in de mode om pruiken te dragen

  • Daarom wordt de 18e eeuw de pruikentijd genoemd

  • Met een pruik konden mannen laten zien hoe rijk of belangrijk ze waren

Slide 5 - Slide

Standenmaatschappij
De mensen waren verdeeld in drie standen:
1. Geestelijkheid
2. Adel
3. Boeren en burgers
Spotprent
De derde stand draagt de lasten van de geestelijkheid en de adel. De derde betaalt belasting, terwijl de eerste en tweede stand dit niet hoeven doen.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Standenmaatschappij
De derde stand doet het zware werk, betalen alle belastingen en hebben geen rechten.

De eerste en tweede stand hadden privileges (voorrechten, dingen die zij wel mochten doen en anderen niet).

Slide 8 - Slide

De derde stand
Bijna de hele bevolking hoorde bij de derde stand
  • Rijke boeren
  • Handelaren
  • Kleine boeren
  • Ondernemers
  • Artsen
  • Ambachtslieden
  • Arbeiders
  • Bankiers
  • Zwervers

Slide 9 - Slide

Problemen voor Frankrijk in de jaren 1780
  • Geldtekort door oorlogvoering;
  • Honger door misoogsten;
  • Grote armoede voor het volk;
  • Weinig inspraak voor de bourgeoisie

Slide 10 - Slide

Verlichting
In de 18de eeuw gingen mensen nadenken......(het lichtje ging aan)
- wie heeft de macht en waarom?
- bestaat god wel?
- hoe gaan we met elkaar om?

Wetenschap bloeide en deed veel ontdekkingen


Slide 11 - Slide

Demos=volk
Kratein = heersen/ beslissen

Democratie = Burgers besturen zichzelf   

Slide 12 - Slide

Democratie

  • 'Burgers besturen zichzelf´


___________________________________

Een grondwet met grondrechten 
  • Vrijheid van godsdienst
  • Vrijheid van meningsuiting

    Slide 13 - Slide

    Wat werd er anders?

    Slide 14 - Slide

    Wat wilden de 'verlichte' denkers
    • Geloof, standen en absolute macht moesten weg!
    • Gebruik van verstand, vrijheid en gelijkheid voor iedereen

    ......dit zorgde voor veel onrust bij alle groepen van de samenleving  

    Slide 15 - Slide

    Slide 16 - Slide

    Grondwet
    Klassieke grondrechten
    Gelijkheidsrecht
    Vrijheidsrechten
    Politieke rechten

    Sociale grondrechten

    Slide 17 - Slide

    Slide 18 - Video

    Leerdoelen 2.1
    Kan je nu uitleggen:
    • hoe het ging met de Nederlandse economie?
    • welke sociale verhoudingen er waren in Frankrijk?
    • welke nieuwe ideeën ontstonden?

    Slide 19 - Slide