Discap Theater quiz

CKV THEATER
DISCAP THEATER 
1 / 30
next
Slide 1: Slide
ckvMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

CKV THEATER
DISCAP THEATER 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

1e lesuur:
Quiz DISCAP Theater

Aansluitend:
Uitleg opdracht theatervormgeving en werken aan de opdracht 



DISCAP THEATER 

Slide 2 - Slide

https://www.theaterkrant.nl/recensie/vast-2/bruckman-projecten-en-nineties-productions/

Maak kennis met deze discipline,
stijlen en begrippen

Wat weet je al over theater?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Welke theaterstijl spreekt jou het meeste aan?
A
teksttoneel
B
cabaret
C
muziektheater
D
locatietheater

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Wanneer is theater (als discipline) ontstaan?
A
In het oude Griekenland
B
Na WOI
C
In de middeleeuwen
D
In de prehistorie

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

                            

                             Ontstaan rond 70 na Chr.
                                                     
   Werd o.a. gespeeld in het Colloseum (Amfitheater) 


Griekse tragedie
Toneel
Werd o.a. gespeeld in het Colloseum (Amfitheater) 
Ontstaan rond 600 voor Chr.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Binnenkant Colloseum
70

Amsterdam arena
1970

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wat doet een regisseur?
A
De regisseur is de baas van het theater.
B
De regisseur geeft het theaterstuk vorm.
C
De regisseur is de schrijver van het stuk.

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

De inhoud van een theaterstuk noemen we:
A
de mise-en-scene
B
het decor
C
de voorstelling
D
het toneelbeeld

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Een acteur kan in zowel houding, als beweging en mimiek emotie laten zien.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Leg uit hoe een acteur zijn stem kan inzetten bij het overdragen van emoties.

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Het stuk 'Medea' werd gespeeld in een
grote witte ruimte. De acteurs stonden
vaak op grote afstand van elkaar.
Hoe noem je de manier waarop de spelers
het toneelvlak gebruiken?
A
vierde wand
B
decor
C
mise-en-scene

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Hoe noemen we het als toneelspel 'net echt' overkomt?
A
gestileerde speelstijl
B
naturalistische speelstijl
C
absurdistische speelstijl
D
(melo)dramatische speelstijl

Slide 13 - Quiz

Gestileerde speelstijl
Een aantal speelstijlen zijn gestileerd, bijvoorbeeld met gebaren en bewegingen die veel groter of hoekiger of vloeiender zijn dan natuurlijk gedrag. Ook de mimiek en het stemgebruik kunnen eigen kenmerken vertonen.
Gestileerde speelstijl: daar wordt van gesproken als de acteurs zeer nadrukkelijk acteren.

Absurdistische speelstijl
Aanduiding voor theatervormen vanaf de jaren 1950 met sterk internationale inslag waarin de absurditeit en de zinloosheid van het menselijk bestaan (absurdisme) worden uitgebeeld.

Bij cabaret wordt 'de vierde wand' doorbroken.
Leg uit wat hiermee wordt bedoeld.

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Onder 'theatervormgeving' vallen:
A
decor en kostuums
B
decor, kostuums en rekwisieten
C
decor, kostuums, rekwisieten en grime
D
decor, kostuums, rekwisieten, grime, licht en geluid

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Kan de wereld het theater veranderen? Leg uit.

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Kan het theater de wereld veranderen? Leg uit.

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

naar de ppt recensie 
OPDRACHT

  • theater
  • de 5 w's
  • acteur
  • mimiek
  • regisseur
  • mise-en-scène
  • speelstijlen
  • de vierde wand
  • rekwisieten
  • decor
  • grime
Zoek in 5 minuten zoveel mogelijk informatie over onderstaande begrippen.

Per tafel noteren jullie de informatie op een papier.

Lees je bevindingen voor.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Opdracht recensie schrijven

Voorstelling; noem de titel
1. vertel de kern van het verhaal, de locatie, de sfeer en de boodschap
2. leg uit hoe de titel, de locatie en de sfeer terugkomt in het stuk in 3 scenes
 
Lichaam; kies een acteur en leg de kern van de scene uit 
                   vertel iets over deze onderdelen in deze bepaalde scene:
                   mimiek - houding - beweging - uitdrukking: van deze acteur

Stemgebruik; kies een acteur en leg de kern van de scene uit 
                            vertel iets over deze onderdelen in deze bepaalde scene:
                            volume: hard, zacht;
                            tempo: snel, langzaam;
                            accenten;
                            intonatie; van deze acteur



Slide 23 - Slide

This item has no instructions


Mise-en-scène; leg uit hoe het toneel is ingericht
                               vertel van 3 scenes hoe de acteurs zich over het toneel bewegen
                                de richtingen

Speelstijl; kies een acteur en leg uit 
                    wat is de speelstijl van deze acteur in elke scene:
                     gestileerd, nadrukkelijk geacteerd; 
                     naturalistisch, naar de werkelijkheid; 
                     hoe komt dit voor: aanwezigheid van ‘vierde wand’; 
                                                         erkenning van het publiek


Slide 24 - Slide

This item has no instructions


Theatervormgeving;
              Beschrijf hoe deze onderdelen op het toneel eruit ziet/klinkt:
                                decor - licht - muziek - geluid
                                 scenografie: realistisch, abstract 
                                (hoe zien de spullen en mensen eruit)
 
Theatervormgeving;
                Beschrijf hoe deze onderdelen op het toneel eruit ziet:
                                  kostuum - grime - rekwisieten
                                  scenografie: realistisch, abstract 
                                 (hoe zien de spullen en mensen eruit)


 


Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Shakespeare 

De regisseur Jac Nieborg bewerkt de theaterstukken zodat deze eigentijds worden; hij voegt zaken die nu gebeuren toe.
Er wordt Nederlands gesproken, soms op de "gedragen" theatermanier, vaker gewoon als spreektaal.
Het decor en de kostuums zijn in een bijzondere stijl; Steampunk of juist weer sprookjesachtig


Slide 26 - Slide

This item has no instructions

William Shakespeare
William Shakespeare (1564 - 1616)
  • Toneelschrijver
  • Romeo and Juliet
  • Veel invloed op de Engelse taal

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Over 2000 words were first written down by William Shakespeare

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

                            

                             Ontstaan rond 70 na Chr.
                                                     
   Werd o.a. gespeeld in het Colloseum (Amfitheater) 


Griekse tragedie
Toneel

Slide 30 - Slide

This item has no instructions