Opgeruimde en schone omgeving

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1

Project Zorg 1

Hygiëne en persoonlijke verzorging

Lesplanning

Lesdoelen

• Je kunt toelichten wat de kenmerken zijn van een schoonmaakprotocol.
  
• Je kunt toelichten wat verstaan wordt onder de schoonmaakfrequentie.
  
• Je kunt toelichten in welke situaties je droog, klamvochtig en nat schoonmaakt.
  
• Je kunt toelichten in welke volgorde je schoonmaakt.
  
• Jullie presentaties n.a.v. de vorige les

Kwalificatiedossier ( OA/PW/GPM)

Kwalificatiedossier (PM/GPM) 

Formatieve toets

• Vaardighedenlijst “Hygiëne en praktische werkzaamheden”
  
• Toets op learning matters te vinden
• Oefenen op school ( wellicht ook thuis)

Afronden formatieve toets!!

Woensdag

22-01

Hoe kom ik bij de inhoud?

• My Da Vinci 
• PW/OA tegel
• Leerjaar 1
• Periode 2
• Zorg
• Boek

   

Posteropdracht: Duurzaamheid of Veiligheid in de Kinderopvang

Schoonmaken

Op elke schoolzijn regels voor het opruimen en schoonhouden van een ruimte

Met schoonmaken bedoelen we het verwijderen vn stof en vuil

Een ruimte die schoon is

• Prettig
• Beter voor de gezondheid
• Voorkomt besmettingen

Benoem aantal schoonmaaktaken in de KDV of school?

Speelgoed

• De meeste kinderen op de BSO en op school nemen speelgoed niet meer in de mond.
  
• Hoewel je dat bij kleuters nog wel ziet, zit het risico van ‘besmet’ speelgoed door micro-organismen hier meer in met vuile handen aan speelgoed zitten. 
  

Algemene richtlijnen voor goede ventilatie

Zorg voor voldoende ventilatie. Dat kan op verschillende manieren:

• Door ramen op een kier te zetten;
  
• Via roosters in de ramen;
  
• Met een mechanisch ventilatiesysteem.
  

Lucht de ruimtes elke dag. Doe dit voor aankomst van de kinderen en tijdens het buitenspelen door de ramen en deuren 10 à 15 minuten tegenover elkaar open te zetten.

Schoonmaakprotocol

In een schoonmaakprotocol staat welke schoonmaakhandelingen in welke volgorde uitgevoerd moeten worden.

Onderwerpen in een schoonmaakprotocol

• Schoonmaakmethoden: uitleg over de verschillende schoonmaakmethoden.
  
• Aandachtspunten voor reinigen: tips waar je op moet letten bij het schoonmaken.
  
• Desinfecteren van materialen: schoonmaaktechnieken om besmetting te voorkomen.
  

• Schoonmaakschema: bevat de aanbevolen frequentie en schoonmaakmethode

In een grote organisatie wordt de schoonmaak meestal gedaan door de facilitaire dienst of een extern schoonmaakbedrijf. De grootste klussen, zoals ramen wassen en vloer boenen, hoef je niet zelf te doen. 

Schoonmaakfrequentie

• De schoonmaakfrequentie is hoe vaak of het aantal keer dat iets moet worden schoongemaakt (bijvoorbeeld: na gebruik of maandelijks).
  
• Er zijn materialen die je dagelijks, wekelijks, of maandelijks moet schoonmaken.
  
•  Er zijn zelfs werkzaamheden die je slechts een keer per jaar uitvoert. 
  

Schoonmaakmethode

Afhankelijk van het soort vuil, de plaats waar het op zit en de aanwezige materialen en middelen kies je een geschikte schoonmaakmethode en werkvolgorde.

Methode:

• Droog, bijvoorbeeld droge doek of stofzuiger.
  
• Klamvochtig, bijvoorbeeld een doek die een beetje vochtig of vettig is waar schoonmaakmiddel in verwerkt is. Vlak moppen van een vloer
  
• Nat, bijvoorbeeld met water met een reinigingsmiddelen, zoals dweilen van een vloer
  

Goede werkvolgorde

• Reinig altijd eerst droog of klamvochtig, voordat je (eventueel nog) nat gaat reinigen.
  
• Werk van schoon naar vuil, want als je met de vuile delen begint, maak je de schone delen juist vies.
  
• Werk van boven naar beneden.
  
• Werk hygiënisch. Neem geen bacteriën uit de wc mee naar de groepsruimte.
  
• Wissel zwaar en licht werk af en bewaar het lichtste werk voor het laatst.
  
• Wissel prettig en minder leuk werk af en bewaar het leukste voor het laatst.
  
• Controleer na afloop je werk.
  

Lesopdracht deel 1

• Vorm een groepje van 3 á 4 studenten
  
• Met elkaar gaan jullie een schoonmaak kaart maken.
  
• Ga brainstormen welke schoonmaak taken zijn er binnen het kinderdagverblijf.
  
• Verwerkt deze lijst in een tabel/schema.
  
• Daarnaast geef je aan de frequentie van deze taken, door wie wordt het uitgevoerd en schoonmaakmethode .
  

Lesopdracht deel 2

• Vergelijk jullie gemaakte schoonmaak kaarten met de bestaande schoonmaak kaarten.
  

• Wat zijn de overeenkomsten en verschillen?
  

Formatieve toets

Aan de slag

Afsluiten en vooruitblikken

Afsluiten:

Zijn de lesdoelen behaald?

Vooruitblikken:

Thema volgend les: Opgeruimde en schone omgeving:Schoonmaken. Vaardigheden oefenen in de les.