Herhaling H 1 krachten gebruiken

Herhaling






Hoofdstuk 1 krachten gebruiken
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Herhaling






Hoofdstuk 1 krachten gebruiken

Slide 1 - Slide

Wat zijn de gevolgen van een kracht op een voorwerp?

Slide 2 - Mind map

Met welke formule bereken je de zwaartekracht op een massa.
A
F=m*g
B
F=n*g
C
F=9.8*m
D
f=m*g

Slide 3 - Quiz

Je heb een massa van 5 kg. Bereken de zwaartekracht op aarde.
A
0,5 N
B
5 N
C
49 N
D
4,9 N

Slide 4 - Quiz

Dennis wil zo min mogelijk kracht gebruiken om een steen in zijn tuin te verplaatsen. Hij gebruikt een lange stok als hefboom. Moet hij de stok dichtbij de steen naar beneden duwen of zo ver mogelijk van de steen af?
A
zo ver mogelijk van de steen af, zodat de arm zo lang mogelijk is.
B
Zo dichtbij mogelijk, zodat de arm zo klein mogelijk is

Slide 5 - Quiz

Wat is de afstand van de spierkracht tot het draaipunt?
A
20cm
B
80cm
C
100cm
D
120cm

Slide 6 - Quiz

Zie de afbeelding voor alle afstanden. De massa van de kruiwagen en het zand samen is 90kg. Bereken de grootte van de spierkracht die geleverd moet worden om de kruiwagen op te tillen. Noteer alleen het antwoord met eenheid.
Rond af op een heel getal.

Slide 7 - Open question

Bereken de massa van vader in kg. Zie de afbeelding voor alle afstanden en massa’s. Noteer alleen je antwoord, geen eenheid.
Noteer je berekeningen op een kladblaadje.

Slide 8 - Open question

Een takel telt 5 touwen.
Wat kun je zeggen over de benodigde spierkracht?
A
Er gebeurt niets
B
De spierkracht wordt omgekeerd aan de werkkracht
C
De spierkracht wordt 5x groter dan de werkkracht
D
De spierkracht wordt 5x kleiner dan de werkkracht

Slide 9 - Quiz

Wat is de kracht benodigd bij 5?
1
2
3
4
5
A
4
B
6
C
8
D
12

Slide 10 - Quiz

In welke situatie is de kruiwagen het handigst beladen?
A
situatie 1
B
situatie 2
C
situatie 3

Slide 11 - Quiz

Hoe bereken je de druk
A
oppervlakte x massa
B
oppervlakte x kracht
C
massa : oppervlakte
D
kracht : oppervlakte

Slide 12 - Quiz

Een vrachtwagen moet door een modderig terrein om de lading te lossen. Hoe kan de chauffeur er voor zorgen dat de banden minder diep in de modder komen te zitten?
A
De banden verbreden
B
De banden versmallen
C
Minder banden
D
kleinere banden

Slide 13 - Quiz

p = 8,9 N/mˆ2
A = 6,3 mˆ2
m = ........
A
56,1 N
B
550 kg
C
5,7 kg
D
0,14 kg

Slide 14 - Quiz

m = 80 kg
A = 1600 cmˆ2
p = ........ Pa
A
4905 Pa
B
0,050 Pa
C
0,49 Pa
D
500 Pa

Slide 15 - Quiz