7.5 Veilig eten - deel 2

1 / 16
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Wat weet je nog?

Slide 3 - Slide

Waarvoor heeft je lichaam bouwstoffen nodig?



A
voor het op peil houden van de lichaamstemperatuur
B
voor groei, ontwikkeling en herstel
C
voor het beschermen van het lichaam tegen ziekten
D
voor het leveren van energie

Slide 4 - Quiz

Tandbederf ontstaat door:
A
suikers die je glazuur aantasten
B
bacterien die je glazuur aantasten
C
zuren die je glazuur aantasten
D
mineralen die je glazuur aantasten

Slide 5 - Quiz

Vera heeft haar boterham met salami drie dagen lang in haar tas laten zitten. Toen ze haar boterham smeerde zaten er 3 bacteriën op de salami. De bacteriën delen zich iedere 4 uur. Hoeveel bacteriën zitten er op de salami na drie dagen? N=b x g^t
b= beginwaarde, g=groeifactor (2), t=aantal delingen in de totale tijd

Slide 6 - Open question

Giftige stoffen

Slide 7 - Slide

Giftige stoffen
De maximale hoeveelheid gif die je mag binnenkrijgen is de maximale dosis

Vaak in miligram of microgram (miljoenste gram)

Slide 8 - Slide

Dosis-effect diagram
 
LD50 is letale dosis 50, de dosis waarbij 50% van de organismen sterft

Slide 9 - Slide

Stof A heeft een LD50 van 10, stof B heeft een LD50 van 20. Welke stof is dodelijker?
A
10 microgram
B
20 microgram

Slide 10 - Quiz

Dosis-effect diagram
Het no-effect-level voor cadmium is 0,0022 microgram/kg lichaamsgewicht/dag.
Hoeveel microgram mag een  konijn van 2kg maximaal per dag binnenkrijgen?

Gebruik bron 5, blz. 34. Lees ook de tekst over de veiligheidsfactor

Slide 11 - Slide

Dosis-effect diagram
Het no-effect-level voor cadmium is 0,0022 microgram/kg lichaamsgewicht/dag.
Hoeveel microgram mag een  konijn van 2kg maximaal per dag binnenkrijgen?

Gebruik blz. 34 uit je tekstboek
(0,0022 / 100) * 2 = 0,000044 microgram

Slide 12 - Slide

2

Slide 13 - Video

Slide 14 - Slide

01:29
Deze proefdieren leven in een ideale omgeving en worden daar ook getest. Waarom is het beter als deze dieren niet in hun ideale leefomgeving, maar in het wild worden getest?

Slide 15 - Open question

04:51
Het blijkt dus dat het middel veel giftiger is dan in eerste instantie is gedacht. Is het goed om dit te blijven gebruiken? Het zorgt er immers wel voor dat de gewassen gezond blijven en de boer een betere opbrengst heeft.

Slide 16 - Open question