Krijn is deze week tevreden over de behaalde brutowinst. Uit welke twee delen bestaat de brutowinst?
A
Inkoopwaarde & omzet
B
Nettowinst & bedrijfskosten
Slide 6 - Quiz
Brutowinst bestaat dus uit bedrijfskosten en
A
inkoopwaarde
B
nettowinst
Slide 7 - Quiz
Je spreekt van verlies als de nettowinst ......... is dan €0.
A
groter
B
kleiner
Slide 8 - Quiz
Timho is autohandelaar. De week is de brutowinst lager dan de bedrijfskosten. Er is sprake van
A
winst
B
verlies
Slide 9 - Quiz
Krijn heeft een bloemenwinkel. Zijn omzet was vorig jaar €250.000. Dit jaar stijgt zijn omzet met €50.000. Zijn omzet stijgt dit jaar met.
A
25%
B
20%
C
5%
Slide 10 - Quiz
Joyce heeft een lampenwinkel. Haar omzet in november dit jaar is € 22.000. In dezelfde maand vorig jaar was dat € 20.000. Wat is er veranderd aan de omzet?
A
De omzet is gestegen met € 22.000.
B
De omzet is gestegen met € 2.000.De omzet is gedaald met € 2.000.
C
De omzet is gedaald met € 2.000.
D
De omzet is gedaald met € 20.000.
Slide 11 - Quiz
De omzet van de kledingwinkel van Tevin is 35000, de inkoopwaarde is 15000 en de kosten zijn 7500. De brutowinst is: