Grammatica - zinsontleden - tto2

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

LessonUp - Zinsontleden 

redekundig ontleden quiz

en oefeningen maken

Op welke manieren kan je de persoonsvorm uit de zin halen?

Verander de volgende zin van
enkelvoud naar meervoud:
Door de looproutes in de school kom ik
altijd te laat voor geschiedenis.

Bedenk zelf een zin waarbij de persoonsvorm een meervoudsvorm is.

Welke zinsdelen ken je nog
van vorig jaar?

Ken je 'stappen' of 'manieren' om andere zinsdelen te vinden?

Bedenk een vraagzin waarbij de persoonsvorm vooraan in de zin staat.

Wat is het onderwerp van deze zin:
Gisteren heeft Tara de dure vaas op de grond laten vallen.

1. Heeft
2. De dure vaas
3. Tara
4. Gisteren

Wat is het werkwoordelijk
gezegde in deze zin:
Vorige week heb ik vijf kilometer gewandeld.

1. Heb
2. Heb gewandeld
3. Heb ik gewandeld
4. Vorige week

Morgen heb ik geen huiswerk.
Hoe noemen we het zinsdeel 'Morgen' in deze zin?

Mevrouw Dijkstra legt grammatica uit
aan haar klas.
Wat is de persoonsvorm? Wees volledig! :)

Mevrouw Dijkstra legt grammatica uit aan haar klas.
Wat is het meewerkend voorwerp?

Hoeveel weken zit jij al op school?

Wat is het onderwerp van deze zin?

1. School
2. Weken
3. Jij
4. Al op school

Mijn buurvrouw heeft
een heel lieve hond.
Wat is het lijdend voorwerp?

1. Mijn buurvrouw
2. Hond
3. Heeft
4. Een heel lieve hond

Ik heb mijn oude boeken aan mijn jongere broertje gegeven.
Wat is het meewerkend voorwerp?

1. aan mijn jongere broertje
2. broertje
3. mijn jongere broertje
4. jongere broertje

Elke donderdagavond eten mijn moeder en ik
sushi op de bank.
Hoeveel bijwoordelijke bepalingen staan er in deze zin?

1. 0
2. 1
3. 2
4. 3

Mijn beste vrienden wonen aan de andere kant van de stad.
Wat is het onderwerp?

1. Beste vrienden
2. De stad
3. Mijn beste vrienden
4. De andere kant van de stad

Waar of niet waar:
Het onderwerp van een zin moet altijd een persoon zijn.

Aan de slag met:

Ga online oefenen op de website https://www.cambiumned.nl/zinsdelen/