Overtuigende brief lessen

Overtuigende brief lessen
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Overtuigende brief lessen

Slide 1 - Slide

Om mee te beginnen:
In duo's, twee minuten. 
Eerder klaar? Zie schrijfbord. 
Vragen? Stel gerust. 

Opdracht:
1. Noteer het tekstdoel van de brief. 
2.Herschrijf de adressering tot aan de aanhef. Gebruik daarvoor de uitgedeelde theorie.

Slide 2 - Slide

Voor vandaag: 
- Ik weet hoe een correcte briefindeling eruitziet. 
- Ik weet wat standpunten en argumenten zijn. 
-  Ik kan standpunten en argumenten in een tekst herkennen. 
- Ik kan bepalen of argumenten objectief of subjectief zijn. 
- Ik kan bepalen of een argument sterk is.

Slide 3 - Slide

Op het wisbordje
In duo's, een minuut

Opdracht: 
1. Wat is een standpunt?
2. Wat is een argument?

Slide 4 - Slide

Aan de slag!
In duo's, vijf minuten
Eerder klaar? Lezen 3.3 opdracht 3b.
Vragen? Steek je vinger op. 

Opdracht: 
1. Lees de brief aandachtig door. 
2. Noteer het standpunt. 
3. Noteer de argumenten in de brief. 
4. Geef per argument aan of deze objectief of subjectief is.

Slide 5 - Slide

Ter afsluiting: objectief of subjectief?
1. Ouders moeten de kamers van hun kinderen controleren. Mijn ouders controleerden altijd mijn kamer en daardoor ben ik op het rechte pad gebleven.

2. Ouders moeten de kamers van hun kinderen controleren. Uit onderzoek blijkt dat kinderen zich dan minder snel misdragen.

Slide 6 - Slide

Om mee te beginnen:
1. Welke standpunten komen naar voren in de tekst?
2. Welke argumenten worden daarvoor gegeven?
3. Welke tegenargumenten worden genoemd?

Slide 7 - Slide

Voor vandaag:
- Ik weet wat actieve zinnen zijn.
- Ik oefen met het uitwerken van argumenten met behulp van actieve zinnen.

Slide 8 - Slide

Actieve vs. passieve zinnen
Actieve zin: Trump voegt Canada toe aan de Verenigde Staten
Passieve zin: Canada wordt door Trump aan Canada toegevoegd. 

Opdracht: 
- Ontleed beide zinnen. 
- Welke verschillen vallen op tussen de actieve en passieve zin?

Slide 9 - Slide

Rij 1
Rij 2
Rij 3
De minimum leeftijd voor vapen moet opgehoogd worden naar 21 jaar.
Pubers moeten verplicht op een sportclub. 
Er moet een verbod komen op ongezond eten in de kantine. 
Vijf argumenten voor de stelling. 
Vijf argumenten voor de stelling. 
Vijf argumenten voor de stelling. 
Geef per argument aan of deze objectief of subjectief is.
Geef per argument aan of deze objectief of subjectief is.
Geef per argument aan of deze objectief of subjectief is.

Slide 10 - Slide

Aan de slag!
  • Individueel en in stilte (10 minuten)
  • Eerder klaar? Zie bord. 
  • Vragen? Na tien minuten.


    Opdracht:
    - Kies een van de drie stellingen uit.
     
    - Werk drie argumenten uit. Een argument per alinea. 
    - Verwerk actieve zinnen in de alinea's. 

Slide 11 - Slide

Nog een startopdracht...
  • Welke twee argumenten vind je goed uitgewerkt? Leg je antwoord uit. 
  • Welke argumenten zou je kunnen aanvullen? Leg je antwoord uit.  

Slide 12 - Slide

Voor vandaag: 
  • Ik kan een argument uitwerken in een alinea
  • Ik let op overgangszinnen en signaalwoorden tussen alinea's 
  •  

Slide 13 - Slide

Aan de slag
Individueel en in stilte (10 minuten)
Eerder klaar? Begin alvast aan de overtuigende brief aan jouw ouders (uitnodiging presentatieavond profielkeuze). Werk eerst drie argumenten uit! 
Vragen? Stel gerust!

Opdracht: 
- Lees de tekst (zie mail) goed door. 
- Verwerk overgangszinnen en signaalwoorden tussen de alinea's, zodat ze mooier in elkaar overlopen. 
- Klaar? Mail het naar VGL!

Slide 14 - Slide