3gt - les 5 Taalverzorging pv in samengestelde zinnen + Herhaling lezen

Welkom 
1 / 27
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 27 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Welkom 

Slide 1 - Slide

Vorige keer
- Inleveren artikel...?

Slide 2 - Slide

Doelen
Lezen: 
H1: Ik weet het verschil tussen hoofdzaken en bijzaken.
H1: Ik kan een hoofdgedachte van een tekst herkennen.
H2: Ik weet wat een tekstdoel is.


Taalverzorging:
H1: Ik kan de persoonsvormen in samengestelde zinnen goed spellen.

Slide 3 - Slide

HOOFDZAKEN
- wat belangrijk is in een tekst
- hoofdzaken lees je vaak in de inleiding, in het slot en in de kernzin van elke alinea
- tussenkopjes en anders gedrukte woorden kunnen ook helpen om hoofdzaken te vinden

Slide 4 - Slide

KERNZINNEN
- in een kernzin zet een schrijver vaak het belangrijkste van de alinea: de hoofdzaak

- andere zinnen bevatten bijzaken, minder belangrijke dingen

Slide 5 - Slide

KERNZINNEN
- een kernzin is vaak de eerste of de laatste zin van de alinea

- soms is er geen duidelijke kernzin. Die moet dan zelf gemaakt worden door een zin te maken met het kernwoord

Slide 6 - Slide

HOOFDGEDACHTE van een tekst


- het belangrijkste van een tekst kan 

in één zin samengevat worden:
de hoofdgedachte

Slide 7 - Slide

HOOFDGEDACHTE van een tekst
- je vindt de hoofdgedachte van een tekst door de vraag te stellen:
Wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd?

- de hoofdgedachte van een tekst staat vaak in de inleiding of in het slot van een tekst

 

Slide 8 - Slide

Oefentoets H1
1. Tekst lezen
2. Vraag 1 tot en met 8

Klaar? Taalverzorging H2: Samengestelde zin opdracht 1
timer
15:00

Slide 9 - Slide

DOEL van een tekst


- De schrijver wil bij de lezer iets bereiken, daarom heeft een tekst een DOEL

Slide 10 - Slide

DOEL:

Informeren


De schrijver wil dat je iets te weten komt

Slide 11 - Slide

DOEL:

Overtuigen


De schrijver wil zijn mening geven

Slide 12 - Slide

DOEL:

Waarschuwen


De schrijver wil dat je iets NIET doet

Slide 13 - Slide

DOEL:

Activeren


De schrijver wil dat je iets WEL gaat doen

Slide 14 - Slide

DOEL:

Instrueren


De schrijver wil uitleggen hoe je iets moet doen

Slide 15 - Slide

DOEL:

Adviseren


De schrijver wil je raad geven

Slide 16 - Slide

DOEL:

Amuseren


De schrijver wil je vermaken

Slide 17 - Slide

PUBLIEK van een tekst


- Om het DOEL van een tekst te kunnen bereiken, moet de schrijver rekening houden met zijn PUBLIEK

Slide 18 - Slide

PUBLIEK van een tekst

Voor welk publiek een tekst bedoeld is,

zie je aan:

- het onderwerp

- het taalgebruik

- de bron

Slide 19 - Slide

Oefentoets H2
1. Tekst lezen
2. Vraag 1 tot en met 8

Klaar? Taalverzorging H2: Samengestelde zin opdracht 1+2
timer
15:00

Slide 20 - Slide

blz 56: Samengestelde zin
Maken opdracht 1-2-3



Slide 21 - Slide

Spelling blz 58
Persoonsvorm in samengestelde zinnen

1. Kijk of je de tegenwoordige tijd of de verleden tijd moet gebruiken.
2. Kijk of je enkel of meervoud moet gebruiken.
3. Vul de juiste vorm van het werkwoord in.

Slide 22 - Slide

Maken blz 58
Opdracht 1: noteer de pv (2 per zin)
Opdracht 2: noteer de juiste vorm van het werkwoord
- Staat er een tijdsbepaling in de zin?
- Enkelvoud of meervoud?
Opdracht 3: Haal de verkeerd gespelde woorden uit de tekst. Gebruik het blad.

Slide 23 - Slide

Opdracht 1
1. finishte, had
2. heeft, heeft
3. legt, kunt
4. wordt, bederft
5. vulde, had
6. verlieten, werd

Slide 24 - Slide

Opdracht 2
1. speelde, aankleedde
2. bevestigd, monteert 
3. ontdooit, bereid
4. vind, wordt
5. stond, durfde
6. ontvluchtten, vervolgd

Slide 25 - Slide

Opdracht 3
In een voormalig V&D-pand in Den Haag is een tijdcapsule ontdekt door het bedrijf dat het pand verbouwt. Iemand stuitte op een kluis, nadat een voormalig V&D-medewerker daarover had verteld. De kluis werd in 1964 ingemetseld in een muur en mocht pas na honderd jaar worden opengemaakt/ Hoewel veel oud-personeel dat jammer vindt, is de kluis toch al geopend. De inhoud herinnert aan het verleden van de failliete winkel, want de kluis blijkt te zijn gevuld met spullen uit het V&D-assortiment van de jaren zestig.

Slide 26 - Slide

Huiswerk
Maken: Taalverzorging spelling blz 58/59
opdracht 1, 2, 3

Slide 27 - Slide