Herhaling zinsdelen + meewerkend voorwerp

Herhaling zinsdelen + meewerkend voorwerp
Lesdoel
Lesstof herhalen
Nieuwe lesstof bespreken
Oefenen
Zelfstandig werken
Les afsluiten 
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Herhaling zinsdelen + meewerkend voorwerp
Lesdoel
Lesstof herhalen
Nieuwe lesstof bespreken
Oefenen
Zelfstandig werken
Les afsluiten 

Slide 1 - Slide

Lesdoel

Aan het einde van de les weet je hoe je het meewerkend voorwerp kan vinden.

Slide 2 - Slide

Leg uit hoe je de volgende zinsdelen vindt:
wwg =
ond =
lv =

Slide 3 - Open question

Ontleed de zin tot en met het lijdend voorwerp: Mijn klasgenoot geeft mij het lesboek aan.

Slide 4 - Open question

Ontleed de zin tot en met het lijdend voorwerp: Ik begrijp de uitleg over zinsontleding.

Slide 5 - Open question

wwg = alle werkwoorden
ond = wie of wat + gezegde
lv = wie of wat + gezegde + ond
meewerkend voorwerp (mv) = ??

Slide 6 - Open question

Meewerkend voorwerp
Stappenplan meewerkend voorwerp

1
Persoonsvorm
Zin van tijd veranderen 
2
Gezegde
Alle werkwoorden in de zin
OOK de persoonsvorm!
3
Onderwerp
Wie of wat + werkwoordelijk gezegde
4
Lijdend voorwerp
Wie of wat + werkwoordelijk gezegde + onderwerp
5
Meewerkend voorwerp
Aan wie of voor wie + werkwoordelijk gezegde + onderwerp + lijdend voorwerp

Slide 7 - Slide

Ontleed de zin tot en met het meewerkend voorwerp: Mevrouw Mellendijk geeft ons vandaag de uitleg.

Slide 8 - Open question

Wat is het meewerkend voorwerp?

De juf heeft mij de betekenis van het meewerkend voorwerp uitgelegd
A
De juf
B
de betekenis
C
het meewerkend voorwerp
D
mij

Slide 9 - Quiz

Wat is het meewerkend voorwerp?

Zij heeft het ons toch verteld.
A
zij
B
heeft
C
ons
D
toch

Slide 10 - Quiz

Hoe vind je het meewerkend voorwerp?
A
aan wie of voor wie + gezegde + onderwerp + lijdend voorwerp
B
wie + gezegde + onderwerp
C
wat + gezegde + onderwerp
D
is altijd een voorwerp

Slide 11 - Quiz

Heb je het gevoel dat je nu zelfstandig aan het werk kan of wil je extra instructie?
A
Zelfstandig werken
B
Extra instructie

Slide 12 - Quiz

Wat ga je doen?
Maak opdr. 3 en 5
Zelfstandig
Stilte (oortjes toegestaan)
Vragen? Steek je vinger op
Klaar? Maak opdr. 6
Niet af? Huiswerk

Slide 13 - Slide