210215 Zinsdelen H1 90 min

Wat gaan we doen?
  • Planning vandaag
  • Formatief SO
  • Start grammatica zinsdelen
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Wat gaan we doen?
  • Planning vandaag
  • Formatief SO
  • Start grammatica zinsdelen

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?

Maandag:
Formatief SO
Start grammatica

Donderdag:
Grammatica zinsdelen H2 en 3.
Wat gaan we doen?

Volgende week?
Vakantie

Na de vakantie?
Verder met grammatica zinsdelen.

Slide 2 - Slide

Formatief SO
Via Nieuw-Nederlands online ga je de toets maken. Deze vind je rechts bovenin je scherm.

Het gaat om 2 toetsen:
  • Hoofdstuk 3 Woordenschat
  • Hoofdstuk 4 Woordenschat

Ben je klaar? Dan mag je iets voor jezelf doen. Om 13:15 uur gaan we met elkaar verder.

Slide 3 - Slide

Leerdoelen

  • Ik kan de persoonsvorm in eenvoudige zinnen vinden
  • Ik kan eenvoudige zinnen in zinsdelen verdelen. 

Slide 4 - Slide

Waarom leren we zinsdelen van een zin benoemen?

Slide 5 - Open question

Wat is het verschil tussen woordsoorten en zinsdelen?
Woordsoorten
Zinsdelen
Elk los woord benoemen
Het gaat om de functie van een groepje woorden in een zin.
Onderwerp
Zelfstandig naamwoord

Slide 6 - Drag question

Uitleg persoonsvorm (pv)
In elke zin staan werkwoorden.
Eén van die werkwoorden is de persoonsvorm.

De pv geeft twee dingen aan:
  • getal (enkelvoud/meervoud)
  • tijd (tegenwoordige tijd / verleden tijd)

Slide 7 - Slide

Uitleg persoonsvorm (pv)
Zo vind je de pv:
  1. Verander de zin van enkelvoud naar meervoud, of andersom. Het werkwoord dat verandert, is de pv.

  2. Maak de zin vragend. De pv komt vooraan in de zin te staan.

  3. Verander de zin van t.t. naar v.t. of andersom. Het werkwoord dat verandert, is de pv.

Slide 8 - Slide

Benoem de pv.
Julien heeft gisteren een iglo gemaakt.
A
Julien
B
heeft
C
gisteren
D
gemaakt

Slide 9 - Quiz

Benoem de pv.
Elke en Job willen ook een iglo bouwen voor Klaas.
A
Elke en Job
B
bouwen
C
een iglo
D
willen

Slide 10 - Quiz

Uitleg zinsdelen
Een zin kan je opdelen in delen. Er zijn twee manieren om te ontdekken welke woorden bij elkaar horen.
  1. Vind de persoonsvorm. Probeer uit welke woorden je voor de persoonsvorm kan zetten. Klopt de zin dan nog steeds? Dan horen die woorden bij elkaar.

  2. Hussel de zin. Kan je bepaalde woordgroepjes verplaatsen en klopt de zin dan nog steeds? Dan horen die woorden bij elkaar.

Slide 11 - Slide

Zinsdeel 1
Zinsdeel 2
Zinsdeel 3
Zinsdeel 4
Vrijdag
gaat
de
kat
naar
de
dierenarts.

Slide 12 - Drag question

Aan de slag

Maken: Hoofdstuk 1 (grammatica zinsdelen)
opdracht 1, 2 en 3.

Dit is ook huiswerk.

Kijk je antwoorden na als je klaar bent!!

Slide 13 - Slide