18 maart 22: puzzel, zinnen maken met twee woorden, bijvoeglijk naamwoord + briefje schrijven
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 2
This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Zinnen maken met twee woorden: weer - is
Slide 6 - Open question
Zinnen maken met twee woorden: gaan - tuin
Slide 7 - Open question
Zinnen maken met twee woorden: café - broer
Slide 8 - Open question
Zinnen maken met twee woorden: school - leren
Slide 9 - Open question
Zinnen maken met twee woorden: chocola - houden van
Slide 10 - Open question
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Briefje schrijven
Slide 23 - Slide
Je hebt een nieuw huis gekregen. Je geeft daarom een feest. Je schrijft een brief aan je vrienden. Je nodigt hen uit. 1. Schrijf waarom je een feest geeft. 2. Schrijf op welke dag het feest is. 3. Schrijf hoe laat het feest begint. 4. Vertel waar het feest is.