What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Hoofdstuk 9 en hoofdstuk 10 les 8 november
Les 8 november 2022
'Zijn beste voorzetten' = zijn/ haar best doen
Ik zet mijn beste ............ voor.
Huiswerk: Leren woordenlijst 9.2
Maken opdrachten: 5 en 7
1 / 27
next
Slide 1:
Slide
NT2
HBO
Studiejaar 1
This lesson contains
27 slides
, with
interactive quiz
,
text slides
and
1 video
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Les 8 november 2022
'Zijn beste voorzetten' = zijn/ haar best doen
Ik zet mijn beste ............ voor.
Huiswerk: Leren woordenlijst 9.2
Maken opdrachten: 5 en 7
Slide 1 - Slide
Help, ik
zit onder de bultjes
=
Slide 2 - Slide
De bultjes
jeuken
heel erg =
Slide 3 - Slide
Oh dat ben ik
vergeten
, even
denken
=
Slide 4 - Slide
Ik heb van
alles geprobeerd
=
Slide 5 - Slide
gisteravond
heb ik een
voetbalwedstrijd
gekeken =
Slide 6 - Slide
Hebt u iets
bijzonders
gegeten
=
Slide 7 - Slide
Overdag
heb ik
gewerkt
=
Slide 8 - Slide
Hebt u nog andere
klachten
=
Slide 9 - Slide
Ik geef u een
zalf
mee =
Slide 10 - Slide
U
krabt
uw
huid
kapot =
Slide 11 - Slide
Sterkte =
Slide 12 - Slide
Herhalen/ Repeat
Maak opdracht 5 bladzijde 132
Volg het volgende stappenplan van de werkwoorden van opdracht 5 bladzijde 132.
spelen-wensen-stoppen-proeven-halen-krabben-wonen-vertellen-gebruiken-betalen.
Zin 1:
1 noteer het hele werkwoord = spelen
2 Maak de stam (de ik-vorm) = spee
l
3 Komt de letter voor in Soft Ketchup?
4 Ja dan schrijf je een -t
Nee dan schrijf je een -d = gespeeld
Slide 13 - Slide
Opdracht 5 Regelmatige werkwoorden
1 Heb je gisteren een wedstrijdje gespeel
d
?
2 Hij heeft zijn docent een prettig weekend gewens
t
.
3 Ze is met de cursus gestop
t
.
4 Heb je de mosterdsoep geproef
d
?
5 De serveerster heeft een lepel gehaal
d
?
6 Heeft de heer Smit aan de bultjes gekrab
d
?
7 Heeft je zus in New York gewoon
d
?
8 Ik heb mijn familie veel over de cursus Nederlands vertel
d
.
9 Heb je gisteren het bad gebruik
t
?
10 Wie heeft de koffie betaal
d
?
Slide 14 - Slide
LET OP!!!!!! Attention!!!
Bij werkwoorden met een
Z
of
V
, kijk je naar de infinitief - en.
Zoals:
leven - en = le
v
Hij heeft geleef
d
verhuizen - en = verhui
z
Wij zijn verhuis
d
proeven - en = proe
v
Ik heb geproef
d
reizen - en = rei
z
Zij hebben gereis
d
Slide 15 - Slide
Opdracht 5 Onregelmatige werkwoorden bladzijde 281
infinitief
imperfectum
perfectum
doen
deed, deden
gedaan
krijgen
kreeg, kregen
gekregen
komen
kwam, kwamen
gekomen
kijken
keek, keken
gekeken
helpen
hielp, hielpen
geholpen
geven
gaf, gaven
gegeven
gaan
ging, gingen
gegaan
zijn
was, waren
geweest
blijven
bleef, bleven
gebleven
zien
zag, zagen
gezien
Slide 16 - Slide
Opdracht 6 bladzijde 133 en 134
Stel elkaar 2 vragen en ga dan naar een andere cursist.
Loop naar een andere cursist en stel allebei/ both 2 vragen aan elkaar.
Opdracht 7 bladzijde 134
Hebben of zijn?
timer
7:00
Slide 17 - Slide
timer
7:00
Opdracht 7 blz. 134
Hebben of zijn?
Hebben = to have Zijn = to be
ik heb ik ben
jij/ u hebt jij/ u bent
hij/ zij/ het heeft hij/ zij/ het is
wij hebben wij zijn
jullie hebben jullie zijn
zij hebben zij zijn
Vaak gebruiken we het werkwoord
hebben
.
Zijn
gebruiken we bij de werkwoorden: Beginnen, zijn, gaan, blijven, (aan)komen, gebeuren
Slide 18 - Slide
nl.ver-taal.com
Slide 19 - Link
Slide 20 - Video
Opdracht 10 bladzijde 135
Werk in tweetallen/ pairs
- Waar ben je vorig weekend geweest?
- Heb je gisteren gesport?
Opdracht 11: Iets/ niets + adjectief
6 Wat voor kleding draag je bij een feest?
7 Wat voor eten kook jij voor je gasten?
8 Wat wil je drinken?
9 Wat voor woning geef je bij een verjaardag?
Slide 21 - Slide
Opdracht 13 bladzijde 138 (samen)
Lezen 9.9 Tekst bladzijde 138 (samen)
Maken opdracht 14
Opdracht 16 rollenspel arts-patiënt bladzijde 139
Huisarts en patiënt
timer
10:00
Slide 22 - Slide
Steek niet je ...... in andermanszaken steken
Wat is er aan de ............................?
Iemand uit het ................................. verliezen
Iets onder de ....................... krijgen
Wat is de .................zaak?
Je .......... vol hebben van iets.
Slide 23 - Drag question
Veel voorkomende spreekwoorden/ gezegdes
1 Niet je neus in andermans zaken steken =
Mind your own business
2 Wat is er aan de hand? =
What's wrong?
3 Iemand uit het oog verliezen =
Losing someone out sight
4 Iets onder de knie krijgen=
Learning something
5 Wat is de oorzaak?
What's the cause?
6 Je buik vol van iets hebben =
Having enough of something
Slide 24 - Slide
Opdracht 17 bladzijde 139
eindklank -t en verbonden spraak
A herhaal de woorden
B Herhaal de zinnen
Cultuur bladzijde 140.
Slide 25 - Slide
Hoofdstuk 10
Lezen bladzijde 143
Slide 26 - Slide
Dialoog tussen makelaar en klant: Gebruik bladzijde 111 en 112
A Makelaar: B Klant:
-Groet - Groet terug
-Bepaald type woning? - huis/ bovenwoning/ appartement?
-voor hoeveel personen? - voor 2 personen
-koop- of huurwoning? - huurwoning
-tuin/ balkon/ bad? - Vertel dat je een woning zoekt met tuin en een bad
-Vertel dat je een leuke woning hebt -Vraag wat de prijs is?
gevonden met tuin en bad.
-Verzin een prijs per maand -Vertel dat je even moet overleggen en dat je snel terugbelt.
Slide 27 - Slide
More lessons like this
Een huur-of koopwoning?
January 2019
- Lesson with
28 slides
by
Economics
Economie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Economie voor vmbo
Hoofdstuk 8 en 9 les 1 november
October 2022
- Lesson with
22 slides
NT2
HBO
Studiejaar 1
EC3_Woningmarkt
November 2024
- Lesson with
10 slides
Maatschappijwetenschappen
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
EC3_Woningmarkt
June 2024
- Lesson with
10 slides
Maatschappijwetenschappen
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
EC3_Woningmarkt
November 2023
- Lesson with
10 slides
Maatschappijwetenschappen
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Hoofdstuk 7 en 8 les 18 oktober
October 2022
- Lesson with
20 slides
NT2
HBO
Studiejaar 1
Financiële Zelfredzaamheid Hoofdstuk 3 les 2
October 2022
- Lesson with
13 slides
Bedrijfseconomie
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4
Financiële Zelfredzaamheid Hoofdstuk 3 les 2
September 2024
- Lesson with
13 slides
Bedrijfseconomie
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4