Sterke werkwoorden zijn werkwoorden die in de verleden tijd
van klank veranderen. In plaats van een -de of -te (zoals bij zwakke werkwoorden), krijgen ze een
onregelmatige vorm.
Voorbeeld:
lopen → liep (enkelvoud) → liepen (meervoud) → gelopen (voltooid deelwoord)
schrijven → schreef → schreven → geschreven
Sterke werkwoorden volgen geen vaste regels en moeten daarom uit het hoofd worden geleerd. Ze komen veel voor in zakelijke teksten, zoals rapporten en e-mails.