sterke werkwoorden

1 / 26
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

staan
stehen            -            stand             -          gestanden
hele werkwoord      -       verleden tijd    -     voltooid deelwoord

Slide 2 - Slide

lezen

Slide 3 - Open question

schrijven

Slide 4 - Open question

slapen

Slide 5 - Open question

zien

Slide 6 - Open question

springen

Slide 7 - Open question

bieden

Slide 8 - Open question

de verleden tijd van roepen (rufen)
A
raf
B
ruf
C
rief
D
rufte

Slide 9 - Quiz

het voltooid deelwoord van roepen (rufen)
A
gerufen
B
geriefen
C
gerafen
D
gerofen

Slide 10 - Quiz

de verleden tijd van verliezen (verlieren)
A
verlierte
B
verlor
C
verlar
D
verlur

Slide 11 - Quiz

Het voltooid deelwoord van verliezen (verlieren)
A
verloren
B
verlaren
C
geverloren
D
verluren

Slide 12 - Quiz

De verleden tijd van eten (essen)
A
as
B
ass
C
esste
D

Slide 13 - Quiz

Het voltooid deelwoord van eten (essen)
A
gegassen
B
gegessen
C
gegesst
D
geëssen

Slide 14 - Quiz

drinken

Slide 15 - Open question

dragen

Slide 16 - Open question

wassen

Slide 17 - Open question

De verleden tijd van snijden (schneiden)
A
schnied
B
schniet
C
schneidet
D
schnitt

Slide 18 - Quiz

Het voltooid deelwoord van snijden (schneiden)
A
geschnitten
B
geschnutten
C
geschnieden
D
geschnietten

Slide 19 - Quiz

De verleden tijd van houden/stoppen (halten)
A
hult
B
hielt
C
haltete
D
hilt

Slide 20 - Quiz

Het voltooid deelwoord van houden/stoppen (halten)
A
gehielten
B
geholten
C
gehalten
D
gehaltet

Slide 21 - Quiz

spreken

Slide 22 - Open question

geven

Slide 23 - Open question

rijden / varen

Slide 24 - Open question

vallen

Slide 25 - Open question

lopen

Slide 26 - Open question