M3 PTO2 H2 + H4

Periode 2
H2: Bewegen
H4: Waarnemen; Paragraven 4.1 + 4.2 + 4.3

Toetsweek: 17 - 21 Januari
1 / 40
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 40 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Periode 2
H2: Bewegen
H4: Waarnemen; Paragraven 4.1 + 4.2 + 4.3

Toetsweek: 17 - 21 Januari

Slide 1 - Slide

H2: Bewegen
2.1  Het skelet
2.2 Skelet en houding
2.3 In beweging
2.4 Blessures
2.5 Dieren bewegen

Slide 2 - Slide

H4 Waarnemen
4.1 Waarnemen
4.2 Zien en horen
4.3 Proeven, ruiken, voelen

Slide 3 - Slide

magister.me
studiewijzer:
- leerdoelen per paragraaf
- planning: wanneer wordt welke paragraaf behandeld

Slide 4 - Slide

Skelet of bottenstelsel
Spierstelsel

Slide 5 - Slide

2.1 Het skelet: de leerdoelen
Je kent 5 grote onderdelen van het skelet; zie bron 2.
Je kent 4 taken/functies van het skelet.
Je kent 27 botten uit het skelet: zie bron 3.
Je kunt uitleggen over de bouw van botten.
Je kunt het verschil uitleggen tussen platte beenderen en pijpbeenderen.
Je kent 7 onderdelen van een pijpbeen; zie bron 4.
Je kunt het verschil uitleggen tussen kraakbeenweefsel en beenweefsel; zie bron 4.
Je kent de taak/functie van een groeischijf.

Slide 6 - Slide

 Welke botten horen bij welke persoon? 
Hoe zijn deze mensen om het leven gekomen?
Massagraf gevonden in Rwanda met ongeveer 200 slachtoffers van de genocide in 1994.

Slide 7 - Slide

Als je goed naar het skelet kijkt, dan zie je 5 grote onderdelen.

Slide 8 - Slide

Taken van het skelet
1. Stevigheid
2. Vorm
3. Bescherming
4. Beweging

Slide 9 - Slide

Het skelet met alle namen van de botten...

Slide 10 - Slide

De bouw van botten
Weefsel en cellen

Slide 11 - Slide

Beenweefsel en kraakbeenweefsel!

Slide 12 - Slide

Van groot naar klein...
Skelet
Beenweefsel
Beencel
Bot

Slide 13 - Slide

In de groeischijven: celgroei en celdeling. Hierdoor groeien je botten.

Slide 14 - Slide

Aan de slag:

maak bij paragraaf 2.1 de volgende opdrachten in je werkboek:

4, 5, 6, 8, 9, 10, 11, 14, 15, 16, 18 en 19!
Klaar?

Dan: 
samenvatten van 2.1 in je werkboek op blz 104

of test jezelf op 109

Slide 15 - Slide

Welk skelet hoort bij welk dier?

Slide 16 - Slide

Met welk materiaal vergelijk je de volgende weefsels?
Hout, metaal, papier, snot, rubber, goud, zand?

Slide 17 - Slide

2.1 Het skelet: de leerdoelen
Je kent 5 grote onderdelen van het skelet; zie bron 2.
Je kent 4 taken/functies van het skelet.
Je kent 27 botten uit het skelet: zie bron 3.
Je kunt uitleggen over de bouw van botten.
Je kunt het verschil uitleggen tussen platte beenderen en pijpbeenderen.
Je kent 7 onderdelen van een pijpbeen; zie bron 4.
Je kunt het verschil uitleggen tussen kraakbeenweefsel en beenweefsel; zie bron 4.
Je kent de taak/functie van een groeischijf.

Slide 18 - Slide

programma
- skelet: namen van de botten
- huiswerk opdrachten bespreken
- afsluitende vragen

Slide 19 - Slide

Skelet
Van welke botten ken je de naam?

Een leerling komt naar voren en benoemt 3 botten. 
Daarna neemt een andere leerling het over.

Slide 20 - Slide

Aan de slag:

maak bij paragraaf 2.1 de volgende opdrachten in je werkboek:

4, 5, 6, 8, 9, 10, 11, 14, 15, 16, 18 en 19!
Nog 10 minuten afmaken en daarna bespreken!

Slide 21 - Slide

Orden de afbeeldingen van groot naar klein
T
R
I
P

Slide 22 - Slide

Kun je de platte en pijpbeenderen aanwijzen bij het skelet?

Slide 23 - Slide

Rekenen aan celdeling
Bij een gebroken bot moeten de delen weer aan elkaar groeien; hiervoor moeten de botcellen zich delen. 

Een botcel deelt zich elke 30 minuten.
Hoeveel botcellen zijn er na 10 uur?

Slide 24 - Slide

Startklaar
jassen uit
telefoons weg
leerboek
alleen potlood, dus geen pennen!

Slide 25 - Slide

programma
- selectie van vragen bespreken!
- algemeen de toets nakijken
- evaluatie + verbeterpunten

Slide 26 - Slide

Bespreken selectie van vragen
vragen: 
2, 8, 9, 10
17
21
24

Slide 27 - Slide

Bespreken proefwerk periode 1
- De vragen komen op het bord
- Je krijgt het antwoordmodel + jouw antwoorden
- Als iets niet klopt, je markeert met potlood!
- Geen pennen!
- Gebruik je leerboek om de juiste info te vinden waarmee je de vraag goed had kunnen beantwoorden!

Slide 28 - Slide

Wat kunnen we doen?
- Wat kan de docent doen?
- Wat kan de leerling doen om de resultaten te verbeteren voor de volgende periode?

Slide 29 - Slide

Startklaar
Jassen uit
Telefoons weg
Pak je boeken erbij

Slide 30 - Slide

Vandaag
paragraaf 2.2 uitleg
werkvorm
aan de slag

Slide 31 - Slide

Paragraaf 2.2 Skelet en houding.
Leerdoelen:
- 1: Je kunt 2 manieren uitleggen waarop de wervelkolom schokken opvangt
- 2: Je kent 5 verschillende typen wervels van de wervelkolom
- 3: Je kent 5 kenmerken van een juiste lichaamshouding bij het zitten
- 4: Je kent 5 kenmerken van een juiste lichaamshouding bij het tillen
- 5: Je kunt uitleggen hoe een hernia ontstaat

(zie studiewijzer)

Slide 32 - Slide

 1: Je kunt 2 manieren uitleggen waarop de wervelkolom schokken opvangt
Mogelijk door:
1: S-vorm
2: kraakbeenschijven

Slide 33 - Slide

2: Je kent 5 verschillende typen wervels van de wervelkolom
5 typen wervels:
1: Halswervels
2: Borstwervels
3: Lendenwervels
4: Heiligbeen
5: Staartbeen

Slide 34 - Slide

3: Je kent 5 kenmerken van een juiste lichaamshouding bij het zitten
1: Rechtop zitten
2: Voeten plat op de grond
3: Leun met je rug tegen de rugleuning
4: Gebruik de hele zitting
5: Ontspan je schouders

Slide 35 - Slide

4: Je kent 5 kenmerken van een juiste lichaamshouding bij het tillen
1: Ga recht achter het voorwerp staan, geen draai nodig
2: Buig je benen
3: Houd je rug recht
4: Houd het voorwerp dicht bij je lichaam
5: Til het op door je benen te strekken

Slide 36 - Slide

5: Je kunt uitleggen hoe een hernia ontstaat
Hernia: Zenuwen komen klem te zitten in het ruggenmerg.

Goed tillen kan dit voorkomen!

Zie bron 6

Slide 37 - Slide

Werkvorm: Examenvraag

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Aan de slag
Werkboek 2.2
Opdracht 2 t/m 5 + 8 t/m 11

Klaar? -> samenvatting paragraaf

Slide 40 - Slide