P2: lesson 2 Grammar

P2: lesson 2 grammar
1 / 31
next
Slide 1: Slide
EngelsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

P2: lesson 2 grammar

Slide 1 - Slide

What are we going to do today
zelfstandig naamwoorden/ noun 
past simple 
onregelmatige werkwoorden 
opdrachten DoorEngels ( Planner)

Slide 2 - Slide

zelfstandig naamwoord/ noun
wat zijn zelfstandig naamwoorden? 


Slide 3 - Slide

zelfstandig naamwoord/ noun 
wat zijn zelfstandig naamwoorden? 

woorden die een zelfstandigheid aanduiden: huis, boom, vrouw, vakantie, etc. 

Slide 4 - Slide

zelfstandig naamwoord/ noun 
the book is on the table 

Slide 5 - Slide

zelfstandig naamwoord 
meervoud in het Engels maak je door er een -s aan te plakken zonder een apostrof (= "hoge komma")

one book - two books
one rule - two rules
one photo - two photos

Slide 6 - Slide

zelfstandig naamwoord 
Als een woord op een sisklank eindigt (s, z, sj of zj), zet je er in het meervoud –es achter:
one bus – two buses
one crash – two crashes
Let op: Je spreekt die -es op het eind van het woord dan uit als /iz/: /bahsiz/, /krasjiz/.

Slide 7 - Slide

zelfstandig naamwoord 
Als een woord in het enkelvoud op medeklinker + –y eindigt, dan wordt dat in het meervoud –ies:
one baby – two babies
one study – two studies
Let op: als de -y na een klinker komt, zet je er gewoon een -s achter:
one way – two ways

Slide 8 - Slide

zelfstandig naamwoord 
Als een woord in het enkelvoud op –f of –fe eindigt, dan wordt dat in het meervoud –ves:
one shelf – two shelves
one knife – two knives

Slide 9 - Slide

lidwoord / znw  
wat zijn de lidwoorden in het Nederlands?

Slide 10 - Slide

lidwoord / znw 
wat zij de lidwoorden in het Nederlands? 

DE, HET en EEN

Slide 11 - Slide

lidwoord / znw
wat zijn dan de lidwoorden in het Engels? 

Slide 12 - Slide

lidwoord / znw
Wat zijn dan de lidwoorden in het Engels? 

A, AN en THE

Slide 13 - Slide

lidwoord / znw 
Alex is training to become an engineer

Slide 14 - Slide

lidwoord /  znw 
The movie is perfect 

Slide 15 - Slide

lidwoord / znw 
I saw an accident with a car

Slide 16 - Slide

lidwoorden onbepaald 
A en AN -> een 
A: gebruik je als het woord met een medeklinker begint, klank 
I am sitting at a table 
this is going to be a great day
do you have a drivers licence 
this is a useful suggestions ('joesful' begint met een j-klank)


Slide 17 - Slide

lidwoorden onbepaald 
An: gebruik je als het volgende woord met een klinkerklank  begint
He gave me an offer I can't refuse.
I just witnessed an accident at the crossing.
The detective started an investigation.
Would you like to have an apple?
She was an hour late at work. ('hour' spreek je uit als 'our')

Slide 18 - Slide

lidwoorden bepaald
the: dat altijd naar iets speciefiek wijst 
Wij zijn naar de fabriek gegaan om alle veiligheidsvoorzieningen te controleren.
We went to the factory to check all safety devices.
Het gebouw aan de overkant van de straat staat al jaren leeg.
The building across the street has been empty for years

Slide 19 - Slide

past simple 
wat is de past simple? 

Slide 20 - Slide

past simple 
wat is de past simple? 

verleden tijd vorm

stam + ed 
I walked home yesterday 

Slide 21 - Slide

past simple 
uitzondering: 
1. werkwoorden die al eindigen op een e krijgen alleen -d
we baked a cake this morning 

2. werkwoorden die eindigen met een c krijgen - KED
She panicked when she heard the news

Slide 22 - Slide

past simple 
uitzonderingen: 
3. werkwoorden die eindigen op Y, met een medeklinker ervoor krijgen -ied 
He married him last year 

Slide 23 - Slide

past simple 
uitzonderingen: 
4. werkwoorden die kort zijn en 1 klemtoon hebben een extra medeklinker voor -ed 
they swapped there exams 

Slide 24 - Slide

past simple 
uitzonderingen 
5. werkwoorden die eindigen op L met een klinker ervoor krijgen een extra L 
we travelled to America last summer 

Slide 25 - Slide

onregelmatige werkwoorden
stam , verleden tijd, voltooid deelwoord (have) , nl woord 

Slide 26 - Slide

wat is de basis regel van de past simple

Slide 27 - Open question

wat gebeurd er met werkwoorden in de past simple als ze op een e eindigen

Slide 28 - Open question

wat is het meervoud van het woord baby

Slide 29 - Open question

wat is het meervoud van knife

Slide 30 - Open question

Let's get to it!
Alfaconnect>
Bundle>
DoorEngels>

27: in daily life: 2,3,4,8,9.1 t/m 9.3
Prepare exc 10 for next week!


Slide 31 - Slide