What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Oefentoets H5 woordenschat
Oefentoets
1 / 12
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
This lesson contains
12 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Oefentoets
Slide 1 - Slide
Welk woord past het best in de zin? Kies uit:
besluiteloos - bewegingloos - onmisbaar - onvergetelijk
Welk woord past het best in de zin? Kies uit:
besluiteloos - bewegingloos - onmisbaar - onvergetelijk
Het kleine katje lag helemaal stil. Het was __________.
Slide 2 - Open question
Welk woord past het best in de zin? Kies uit:
besluiteloos - bewegingloos - onmisbaar - onvergetelijk
Welk woord past het best in de zin? Kies uit:
besluiteloos - bewegingloos - onmisbaar - onvergetelijk
Zonder Brahim kan de voorstelling niet doorgaan. Hij is __________.
Slide 3 - Open question
Welk woord past het best in de zin? Kies uit:
besluiteloos - bewegingloos - onmisbaar - onvergetelijk
Welk woord past het best in de zin? Kies uit:
naamsbekendheid - naamsverandering - woordkeuze - woordvolgorde
De _________ van de zangers is groot. Iedereen weet wie ze zijn.
Slide 4 - Open question
Welk woord past het best in de zin? Kies uit:
besluiteloos - bewegingloos - onmisbaar - onvergetelijk
Welk woord past het best in de zin? Kies uit:
naamsbekendheid - naamsverandering - woordkeuze - woordvolgorde
Om de puzzel moeilijker te maken, moet je de __________ veranderen door het rijtje door elkaar te gooien.
Slide 5 - Open question
Wat betekent:
Advies
A
goed in nieuwe of mooie dingen bedenken en maken
B
gekocht
C
raad
D
heel erg
Slide 6 - Quiz
Wat betekent:
creatief
A
goed in nieuwe of mooie dingen bedenken en maken
B
gewoon
C
heel erg
D
raad
Slide 7 - Quiz
Wat betekent:
mateloos
A
met elkaar
B
heel erg
C
gewoon
D
gekocht
Slide 8 - Quiz
Wat betekent:
onderling
A
met elkaar
B
heel erg
C
gewoon
D
gekocht
Slide 9 - Quiz
Welk woord past het best op de lege plek?
aankopen - momenteel - nauwelijks - producten - slechts
De bouwmarkt verkoopt __________ die je gebruikt bij het klussen.
Slide 10 - Open question
Welk woord past het best op de lege plek?
aankopen - momenteel - nauwelijks - producten - slechts
Er is ________ uitverkoop bij veel winkels, dus ik ga de stad in om goedkoop kleren te kopen!
Slide 11 - Open question
Welk woord past het best op de lege plek?
aankopen - momenteel - nauwelijks - producten - slechts
Wij moeten een stuk rijden om boodschappen te doen, want er zijn _________ winkels bij ons in de buurt.
Slide 12 - Open question
More lessons like this
Spelling 4, 5 en 6
February 2022
- Lesson with
23 slides
Other languages
Secondary Education
5. Gevoelswaarde van woorden
October 2023
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Voorbereiding Taaltrofee
February 2025
- Lesson with
33 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Opdracht 42 Taalproblemen van nu
November 2024
- Lesson with
16 slides
Nederlands
University
Schooltaalwoorden - oefening
November 2024
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
L7 WE DOEN HET! (werkwoorden)
January 2022
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Lager onderwijs
Mr. Bean gaat zwemmen + Mr. Bean schildert de woonkamer
May 2022
- Lesson with
34 slides
NT2
Buitengewoon secundair onderwijs
Mr. Bean gaat zwemmen + Mr. Bean schildert de woonkamer
May 2024
- Lesson with
21 slides
NT2
Hoger onderwijs