1.2 Wie bepaalt wat je koopt?

Opdrachtje begin van de les
Laatste vijf plekken waar jij reclame bent tegengekomen? (kan ook online zijn) 
1 / 11
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 11 slides, with text slides.

Items in this lesson

Opdrachtje begin van de les
Laatste vijf plekken waar jij reclame bent tegengekomen? (kan ook online zijn) 

Slide 1 - Slide

1.2 Procenten berekenen

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Aanpak procenten bereken 


Stap 1: verhoudingstabel maken

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Procenten van een aantal of bedrag (uitleg boek)
Hoe bereken je een percentage? 


Voorbeeld: 
Op een fiets van € 350 krijg je 15% korting. Hoeveel korting is dat? 

Slide 7 - Slide

Op een telefoon van €650 krijg je 25% korting. Hoeveel korting is dat? 
Stap 1: Maak van de vraag een som
25% van €650

Stap 2: Maak van het percentage (%) een decimaal getal. Deel het getal door 100
25  ÷  100 = 0,25

Stap 3: vermenigvuldig het decimale getal met het totale bedrag / aantal
0,25 x €650 = € 162,50 

Let op! Vergeet geen eenheid voor het getal te zetten. Bijvoorbeeld % of € 

Slide 8 - Slide

1) Lees de leerstof op
blz. 20 + 21
(blauwe en groene stukjes) 

2) Maak opdracht 10 + 11 
blz. 21 

Klaar? > 

3) Maak opdracht 4 + 5 van de herhaling
blz. 22 

Klaar? > 

4) Maak opdracht 3 + 4 van de verdieping
Blz. 23 


Slide 9 - Slide

Opdracht nakijken en voordoen op het bord 
Bord proberen hoe paint? 

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide