This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
welkom
fijn dat jullie er zijn.
Slide 1 - Slide
leerdoel
2 Je kunt drie typen bloedvaten noemen met hun kenmerken en functies.
3 Je kunt in het bloedvatenstelsel van de mens slagaders en aders benoemen.
4 Je kunt de kleine en grote bloedsomloop onderscheiden met hun functies.
Slide 2 - Slide
wat gaan we doen?
herhalen en nieuwe theorie
aan de slag
afsluiten
Slide 3 - Slide
haarvaten
haar vaten zijn letterlijk zo dun als een haar. de wand van een haarvat is een cellaag dun. haarvaten gaan door organen en spieren om overal bloed naar toe te vervoeren.
Slide 4 - Slide
aders
Aders lopen naar het hart toe, er staat minder druk op deze bloedvaten. De wand van deze vaten zijn een stuk dunner dan die van slagaderen.
Slide 5 - Slide
grote en kleine bloedsomloop
De grote bloedsomloop is verantwoordelijk om zuurstof naar je organen te brengen en koolstofdioxide op te nemen.
in de kleine bloedsomloop gebeurt precies het omgekeerde.
Slide 6 - Slide
slagaders
Slagaders lopen van het hart af. Er staat erg veel
druk op deze bloedvaten omdat het hart met veel kracht bloed pompt. De wand van de slagaders zijn erg dik zodat ze tegen de druk kunnen.
Slide 7 - Slide
twee soorten bloedsomlopen.
In je lichamen zitten twee stromingen van bloed. Een stroom brengt zuurstof naar je organen en de andere haalt zuurstof op uit je longen.
Slide 8 - Slide
alle bloedvaten
als je goed op de afbeelding kijkt zie je dat de bloedvaten twee verschillende kleuren hebben.
rode bloedvaten zijn zuurstofrijk blauwe bloedvaten zijn zuurstofarm.
Slide 9 - Slide
benaming van aders en slagaders
De benaming van de bloedvaten is vrij simpel. De slagaders en aders hebben vaak de naam van het orgaan waar ze vanaf of naartoe lopen.