H. 10_De Retorica

Donderdag 28 januari
  • Toets is opgestuurd: nadere vragen etc in de fysieke KWT's van 1 en 8 februari
  • studiewijzer in ELO van magister: voor het overzicht: taken
  • in agenda van magister wat er aan de orde komt
  • in de ELO: alles wat je nodig hebt: besprekingen op filmpjes en extra materiaal
  • uitleg H 10
1 / 21
next
Slide 1: Slide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Donderdag 28 januari
  • Toets is opgestuurd: nadere vragen etc in de fysieke KWT's van 1 en 8 februari
  • studiewijzer in ELO van magister: voor het overzicht: taken
  • in agenda van magister wat er aan de orde komt
  • in de ELO: alles wat je nodig hebt: besprekingen op filmpjes en extra materiaal
  • uitleg H 10

Slide 1 - Slide

De Retorica
  • Kunst van het spreken
  • Homeros: helden houden toespraken
  • Maar: spontaan
  • Een held is een spreker van woorden en verrichter van daden

Slide 2 - Slide

Athene, 5e eeuw
  • Opkomst democratie
  • Spreken wordt belangrijk
  • Gelijk krijgen is belangrijker dan waarheid
  • Vorm van toespraak is belangrijk
  • Maar: ethisch verantwoord?

Slide 3 - Slide

Plato en Aristoteles
  • Plato: objectieve waarheid moet mensen overtuigen
  • Socrates bestrijdt retorische trucs, maar is zelf een goede debater
  • Aristoteles: verschil tussen retorica (moreel neutraal) en de redenaar (moreel verantwoordelijk)
  • Belangrijkste: zakelijk en eerlijk zijn
  • Maar: beïnvloeding en taalvaardigheid is toegestaan

Slide 4 - Slide

Nu volgt er een MC vraag

Slide 5 - Slide

Wie is ook al weer als eerste geboren?
A
Aristoteles
B
Plato
C
Socrates

Slide 6 - Quiz

Athene, 4e eeuw
  • hoogtepunt van de retorica 
  • Demosthenes: politieke welsprekendheid
  • het grote voorbeeld voor Cicero

Slide 7 - Slide

Macedonië
  • Philippus II maakt een einde aan Griekse onafhankelijkheid
  • Retorica verdwijnt uit politiek, maar blijft dominant in het onderwijs (proces- en lofredes)

Slide 8 - Slide

Wie was ook al weer de zoon van Philippus; deze zoon was een grote veroveraar.

Slide 9 - Open question

Rome
  • Rome: spreken gebeurt op basis van aanleg en routine
  • 2e eeuw: retorica in Romeins onderwijs
  • imitatio en aemulatio van de Grieken
  • Retorica wordt aangepast aan Romeinse praktijk:
  • politieke retorica in Senaat
  • juridische retorica in rechtspraak

Slide 10 - Slide

Cicero
  • De Oratore
  • Orator perfectus is:
  • retorisch geschoold
  • door praktijk gevormd 
  • filosofisch aangelegd

Slide 11 - Slide

Cicero
  • Aspecten:
  • ars (theorie en techniek)
  • ingenium (aanleg)
  • exercitatio (oefening)
  • usus (ervaring)

Slide 12 - Slide

Theorie van de Retorica
  • Doelstelling: persuadere - overtuigen van tegenstander
  • Onderwerp:
  • quaestiones infinitae: vraagstukken van algemene aard
  • quaestiones finitae: specifieke vraagstukken

Slide 13 - Slide

Nu volgen er twee MC vragen

Slide 14 - Slide

De vraag 'mag een zoon zijn eigen moeder doden als zij zijn vader gedood heeft?' valt onder:
A
quaestiones infinitae
B
quaestiones finitae

Slide 15 - Quiz

De vraag 'mocht Orestes zijn moeder Clytaemnestra doden omdat zij zijn vader Agamemnon gedood heeft?' valt onder:
A
quaestiones infinitae
B
quaestiones finitae

Slide 16 - Quiz

Aristoteles: 3 soorten toespraken
  • Genus iudicale: pleidooi in de rechtszaal
  • Genus deliberativum: politieke redevoering
  • Genus demonstrativum: gelegenheidsrede

Slide 17 - Slide


A
genus deliberativum
B
genus demonstrativus
C
genus iudicale

Slide 18 - Quiz

De Spreker
  • De redenaar heeft meerdere taken:
  • Inventio: analyseren van het vraagstuk en vinden van argumenten
  • Dispositio: ordenen van gegevens en argumenten
  • Elocutio: stilistische vormgeving (verwoording)
  • Memoria: het van buiten leren van de tekst
  • Actio/Pronuntiato: de voordracht, incl. mimiek e.d.

Slide 19 - Slide

Opbouw van het betoog
  • Exordium: inleiding. Aandacht en sympathie opwekken.
  • Narratio: uiteenzetten van de voorgeschiedenis.
  • Propositio: korte samenvatting van de stelling en indeling van het vervolg.
  • Argumentatio: puntsgewijze behandeling van de eigen argumenten en weerlegging van de tegenstander.
  • Peroratio: afsluiting, recapitulatie, beroep op toehoorders.

Slide 20 - Slide

Wapens van de Retoricus
  • concilliare: gunstig stemmen (tijdens Exordium).
  • docere: onderwijzen en beargumenteren (tijdens Narratio t/m argumentatio).
  • movere: ontroeren of bewegen (tijdens Peroratio).
  • Zinsbouw: rustig en vloeiend, geen poëzie (metra).
  • Wel afgeronde hoofd- en bijzinnen: periode

Slide 21 - Slide