EDI omgaan met verschillen

• Onderwijswetenschappen
• WO
• Studiejaar 1

Start uitleg wat in presentatie aan bod komt.

Uit welke bouwstenen
bestaat kwalitatief goed onderwijs?

12 bouwstenen plus onderzoek Rosenshine

* voorkennis activeren

* duidelijke instructie 

* gebruik voorbeelden

* combineer woord en beeld

* leerstof actief laten verwerken

* controleer begrip/ stel veel vragen

* ondersteun bij moeilijke opdrachten, leer aan in stapjes

* spreid oefenen in tijd (herhalen)

* toetsen als leerstrategie

* afwisseling in oefentypes

* goede feedback

* leren leren

* zorg voor veel succeservaringen

Werking geheugen tekenen?

Kracht van herhaling: steeds verrassend altijd...., heerlijk helder................

Doelen van vandaag:

* Ik heb de verschillende lesfases van EDI paraat en weet waarom ik EDI als tool zou moeten kunnen gebruiken

* Ik weet wat de dilemma's zijn bij het omgaan met verschillen

* Ik weet hoe ik zelf invloed kan hebben op het bieden van gelijke kansen

* Ik weet hoe en wanneer ik kan differentiëren (binnen een EDI les)

* Ik kan een gerichte taakanalyse maken voor een les

Welke lesfases bestaat EDI uit? Overleg met schoudermaatje

Beurtstokjes terugvragen

Koppeling met bouwstenen!

Voorkennis activeren: belang aanhalen, werking geheugen. 

Kenmerk EDI: eerst instructie, dan begeleid (interactief) inoefenen en eerst kleine lesafsluiting voordat leerlingen zelfstandig aan het werk gaan.

Geef een voorbeeld van een acroniem

Een afkorting (van initialen) die wordt uitgesproken als een woord.

Bijvoorbeeld havo

Etos

TROS

VARA

RIAGG

HEMA

Let dus op juist gebruik van beurtstokjes:

eerst vraag stellen, denktijd geven, willekeurige beurt geven, geen genoegen nemen met weet ik niet

Waar loop je zelf tegen aan als het gaat over omgaan met verschillen in een EDI les?

Let op:

Experts kunnen zich nog moeilijk de kennis van een beginner voorstellen = curse of knowledge

Bepaal wat relevant is en waak voor cognitieve overbelasting!

Regels en routines zorgen voor minder overbelasting.

Wat voor een implicaties heeft dit voor jouw praktijk in de klas? Overleg met een schoudermaatje.

Niet iedereen krijgt dezelfde voorkennis bagage mee van thuis. Hoe gaan we om met deze kansenongelijkheid (actueel thema)?

Vanuit de regering zijn er wel mogelijkheden om hierin in einddoelen te kunnen differentiëren = 1F en 1S

Echter is er ook een dilemma: ontplooien van talenten vs bieden van gelijke kansen. Dit is een spanningsveld.

Het streven blijft natuurlijk om iedereen zoveel mogelijk te leren en kansen te bieden.

Welk uitgangspunt is bij jullie op school herkenbaar:

Talent-ontplooiing

Bieden van gelijke kansen

Beiden

We weten uit onderzoek dat verschillen alleen nog maar groter worden in de toekomst. Hoe doorbreek je dit?

Een van de dingen die enorm invloed heeft op de prestaties van de leerlingen, zijn de verwachtingen van de leerkracht.

Wees je hier dus bewust van.

Divergente differentiatie =

Individuele doelen voor kinderen

Differentiatie in tempo leerstof

Leidt tot grotere verschillen tussen leerlingen

Convergente differentiatie =

Klassikale minimumdoelen

Differentiatie in tijd, vooral voor de zwakkere

Leidt tot afremmen van de sterkere = zij geven aandacht en begeleiding af

Beide vormen hebben zijn voor- en nadelen.

Op welke vorm van differentiatie is EDI meer gebaseerd?

1. Divergente differentiatie
2. Convergente differentiatie
3. Zowel divergente als convergente differentiatie
4. Geen van beide

De doelen worden niet verlaagd: iedereen wordt geholpen om de doelen te halen, zie de kratjes voor verschil in ondersteuning die je als leerkracht biedt.

Per les bekijk je dit, dus geen vaste indeling in niveaugroepen.

Leren van en met elkaar

Hoe en wanneer werk je met de zwakkere leerlingen aan het lesdoel?

Extra verwerkingsstof = extra instructiemoment 

EDI model is gebaseerd op het geleidelijk afbouwen van de instructie en de verantwoordelijkheid geleidelijk over te dragen.

CVB is dus essentieel om tijdens je les in te kunnen schatten wat er nodig is aan instructie en/of inoefening. Regel is: 80% beheersing is door, rest in verlengde instructie.

Probeer dit model in te prenten en zometeen uit je hoofd na te tekenen op je wisbordje.

Hoe doe je dit dan voor de sterkere leerlingen?

Dit zijn dezelfde momenten om ook naar boven toe te kunnen differentiëren.

Welk moment is toegevoegd ten opzichte van de differentiatie voor de zwakkere leerlingen? Beurtstokje.

Hier zie je hoe differentiatie vorm krijgt in het EDI model.

EDI is natuurlijk niet de enige manier, maar hou rekening met voorkennis!!

Let op de term instructie-onafhankelijk.

Indien leerlingen doelen al beheersen kun je ze tijdens de les uitdagen, of ze aan iets anders uitdagends laten werken.

Hou rekening met de dingen in het denkwolkje bij het inschatten van het niveau.

Het maken van een taakanalyse tbv differentiatie:

1. Bekijk het lesdoel en de les

2. Onderzoek welke voorkennis vereist is en wat nieuw is in de les.

 - noteer kennis = concepten

 - noteer handelingen = vaardigheden

3. Beschrijf hoe de nieuwe kennis aanhaakt bij wat gekend is.

 - Je kunt hiervoor oude concepten en vaardigheden terugzoeken

4. Bepaal nu wat essentiële nieuwe concepten en vaardigheden zijn:

 - Eerst uitgebreid en reduceer daarna de lengte

 - Stem af op niveau van je groep en bepaal hoe en wanneer je differentiatie toepast

 - Bedenk voor concept en stappenplan makkelijke en moeilijke CVB vragen

Om je differentiatie goed vorm te kunnen geven kan het maken van een taakanalyse (plus lesvoorbereiding) zeer helpend zijn.

Dat gaan we hier nu dan ook doen.

Uitdraaien:

EDI lesfases

EDI plusmodel

Hoe uitdaging?

Maken van de taakanalyse

Artikel Rosenshine

Presentatie plus notities?

Boeken mee!: plus verzamelen