Stel dat de fiets van Kees en Piet heel veel op elkaar lijken, waardoor Piet dacht dat het zijn fiets was....
- Piet = bezitter (te goeder trouw)
Te goeder trouw = je wist niet dat je geen eigenaar was (je vergist je)
Te kwader trouw = je wist dat het niet van jou is, maar je bezit het toch.