This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Spelling 7.1.4
We leren het schrijven van het trema meervoud.
Slide 1 - Slide
Hoe schrijf je de meervoud op van paraplu?
A
de parapluus
B
de paraplu's
C
de parapluu's
D
de parapluen
Slide 2 - Quiz
Hoe schrijf je het verkleinwoord van voorstelling?
A
het voorstellinkje
B
het voorstellingkje
C
het voorstellingetje
D
het voorstellingstje
Slide 3 - Quiz
Het orkest telt 22 leden. Hoe schrijf je 22 uit?
A
Tweeëntwintig
B
Tweëentwintig
C
Tweëntwingtig
D
Twee-en-twintig
Slide 4 - Quiz
Hoe typ je de letter: ë ?
klik tegelijk op de toetsen: shift en ''
Laat deze toetsen los
klik op de letter e
SCHRIJF DIT OP EEN KLADBLAADJE
Slide 5 - Slide
Dictee woord 1 De juf noemt een woord op. Luister er goed naar, zeg het na in je hoofd en schrijf het op.
Slide 6 - Open question
Dictee woord 2 De juf noemt een woord op. Luister er goed naar, zeg het na in je hoofd en schrijf het op.
Slide 7 - Open question
Dictee woord 3 De juf noemt een woord op. Luister er goed naar, zeg het na in je hoofd en schrijf het op.
Slide 8 - Open question
Dictee zin 1 De juf leest de zin 1 keer voor. Luister er goed naar, zeg het na in je hoofd en schrijf het op. Denk aan de leestekens!
Slide 9 - Open question
Dictee zin 2 De juf leest een zin op. Luister er goed naar, zeg het na in je hoofd. De juf leest een deel van de zin voor, schrijf dit op. Vervolgens leest de juf het andere deel voor, schrijf dit op. Denk aan de leestekens!
Slide 10 - Open question
Dictee zin 3 De juf leest een zin op. Luister er goed naar, zeg het na in je hoofd. De juf leest een deel van de zin voor, schrijf dit op. Vervolgens leest de juf het andere deel voor, schrijf dit op. Denk aan de leestekens!