Bekende zuur-base indicatoren staan met omslagtrajecten in Binas 52A
Slide 26 - Slide
Tommy wil de pH bepalen van een oplossing. Hij mengt in 4 reageerbuizen steeds een beetje oplossing met een indicator. Geef zo precies mogelijk aan tussen welke grenzen de pH van de oplossing ligt. Gebruik binas T52A.
timer
3:00
A
3,8 < pH < 5,5
B
3,8 < pH < 4,4
C
5,4 < pH < 5,5
D
4,4 < pH < 4,8
Slide 27 - Quiz
Slide 28 - Slide
Welk idee is goed?
A
laten we water toevoegen, dit zal het zuur neutraliseren
B
voeg een universele indicator toe. Als de kleur rood wordt, weten we dat het veilig is om op te ruimen
C
laten we een zwakker zuur toevoegen om het veiliger te maken
D
laten we een base aan het zuur toevoegen om deze te neutraliseren
Slide 29 - Quiz
Zuurbase reacties
Bij een reactie tussen een zuur en een base
geeft het zuur H+ af aan de base
Je herkent een zuurbase-reactie dus aan
het verplaatsen van H+ionen
Voorbeeld:
CH3COOH + OH- --> CH3COO- + HOH (=H2O)
Slide 30 - Slide
Zijn de volgende reacties zuurbase reacties? 1.
2.
K2O(s)+H2O(l)−>2K+(aq)+2OH−(aq)
HF+CH3COO−−>F−+CH3COOH
A
alleen reactie 1
B
alleen reactie 2
C
ja, allebei
D
nee, geen van beide
Slide 31 - Quiz
uitleg
1. K2O (s) + H2O (l) -> 2 K+ (aq) + 2 OH- (aq)
Het O2- ion (base) neemt H+ op van H2O (zuur). Dit zie je omdat er na de pijl 2x OH- ontstaat
2. HF + CH3COO- (aq) -> F- + CH3COOH
CH3COO- (base) neemt H+ op van HF (zuur). Dit zie je omdat er na de pijl CH3COOH en F- ontstaat
Slide 32 - Slide
Is de volgende reactie een zuurbase reactie?
Mg(s)+2H+(aq)−>Mg2+(aq)+H2(g)
A
ja
B
nee
Slide 33 - Quiz
uitleg
Mg (s) + 2 H+ (aq) -> Mg2+ (aq) + H2 (g)
Er komt in deze reactievergelijking wel H+ voor, maar dit ion verplaatst niet van het ene deeltje voor de pijl (zuur) naar het andere deeltje voor de pijl (base). Mg neemt dit H+ ion niet op.
TIP: je herkent zuurbase reacties snel als je de formules van de zuren en de basen uit je hoofd kent (leren!)
Slide 34 - Slide
BASE
ZUUR
Zuur of base? Sleep de formules naar het juiste vak.
Slide 35 - Drag question
Geef de vergelijking van de reactie die plaats vindt wanneer zoutzuur (een oplossing van het gas HCl) gemengd wordt met natronloog (een oplossing van het zout NaOH).
Slide 36 - Open question
is koolzuur. Dit zuur is niet stabiel en valt uit elkaar. Welke twee stoffen ontstaan?
H2CO3
Slide 37 - Open question
Met een overmaat azijnzuuroplossing wordt kalkaanslag (=calciumcarbonaat) in een waterkoker opgelost. Er komt daarbij een gas vrij. Geef de reactievergelijking.
timer
3:00
Slide 38 - Open question
oefenen, oefenen, oefenen, .....
Na deze herhalings over H 6.3 t/m H 6. 4 kun je zelf kijken of je het begrepen hebt.
maak de opdrachten op jouw oefenblad
online methode=> behorende paragraaf=>
Slide 39 - Slide
oefenen, oefenen, oefenen, .....
Na deze herhalings-Lesson-Up over H 6.3 t/m H 6. 4 kun je zelf kijken of je het begrepen hebt. Goede oefenopgaven zijn:
indicatoren: opgave 8
zuren en basen: opgaven 10, 13, 22
zuurbase reacties: 29, 30, 31
NOVA online - Versterk jezelf
Slide 40 - Slide
Huiswerk voor de volgende les
Leer de namen en formules van veel voorkomende zuren en basen op blz 11 van het 5 VWO boek.
Maak oefenopgaven bij H7.1 t/m 7.4 (zie vorige dia)