NN H2 Havo - Grammatica WS: Koppelwerkwoord

Hoofdstuk 2
1 / 46
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 2

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Je leert wat een koppelwerkwoord is.
(herhaling H2 grammatica ZD - NG)
Je leert wat een hulpwerkwoord is.

Slide 2 - Slide

drie soorten werkwoorden
Om te begrijpen wat een koppelwerkwoord is en een hulpwerkwoord is, moet je de drie verschillende werkwoorden (woordsoorten) kennen/herkennen. Daarom nemen we ze alle drie door:

Slide 3 - Slide

Zelfstandig werkwoord (ZWW)
  • Een zelfstandig werkwoord is het belangrijkste werkwoord in de zin.
  • Een zelfstandig werkwoord geeft een handeling aan: wat iemand doet of wat iemand overkomt
  • Er staat altijd maar één zelfstandig werkwoord in een zin!
  • Heeft een zin maar één werkwoord? Dan is het altijd een zelfstandig werkwoord.

Slide 4 - Slide

Zelfstandig werkwoord (2)

- een zin kan niet zonder een zelfstandig werkwoord (zww)

- als een zelfstandig werkwoord weggelaten wordt in een zin, dan klopt de zin niet meer


- zelfstandige werkwoorden kun je niet weglaten in een zin

- hulpwerkwoorden kun je wel weglaten in een zin

Slide 5 - Slide

Hulpwerkwoord (HWW)
- Hulpwerkwoorden komen voor in elke zin met meer dan 1 werkwoord.
- Ze helpen om het gezegde van een zin te maken. 
(gezegde = alle werkwoorden in een zin)


Slide 6 - Slide

Hulpwerkwoord (HWW): voorbeelden
- hebben, zijn (hww's van tijd)
- kunnen, willen, zullen, mogen, moeten, hoeven (hww's van modaliteit --> wijze, manier)
zijn, worden (hww's van lijdende vorm --> iemand wordt door, iemand is door)

Slide 7 - Slide

Hulpwerkwoord (HWW): voorbeelden
- gaan, blijven, zijn, zitten, lopen, hangen, staan.(hww's van aspecten --> 
ze drukken bijvoorbeeld het begin, de voortgang, de voltooiing of het resultaat uit van de handeling die door het werkwoord wordt uitgedrukt)

Slide 8 - Slide

koppelwerkwoord 
Een koppelwerkwoord (kww) staat altijd in een naamwoordelijk gezegde. Het koppelt het onderwerp aan een naamwoordelijk deel.

In een naamwoordelijk gezegde staat maar één koppelwerkwoord; eventuele andere werkwoorden zijn hulpwerkwoorden.

Slide 9 - Slide

kww voorbeeld
Hij wordt vast zanger.
Naamwoordelijk gezegde = wordt zanger
Worden, zijn en blijven zijn de belangrijkste koppelwerkwoorden.

Slide 10 - Slide

Alle koppelwerkwoorden
zijn, worden
blijven, blijken, lijken, schijnen
heten, dunken, voorkomen
Deze 9 uit het hoofd leren!

Slide 11 - Slide

Alle koppelwerkwoorden
zijn: Ik ben blij
worden: Jij wordt 13 jaar
blijven: De wedstrijd blijft spannend. —> ‘Blijft’ koppelt ‘de wedstrijd’ aan ‘spannend’.
blijken
Lijken: De soep lijkt klaar

, heten, dunken,
voorkomen

Slide 12 - Slide

Alle koppelwerkwoorden
schijnen: Onze juf schijnt ziek te zijn. --> Zijn is hier het zww
heten:
dunken: Milo dunkt me een aardig persoon.
( In deze zin betekent 'dunken' hetzelfde als 'lijken'. -->  Milo lijkt me...)
voorkomen: In Afrika komen nog olifanten voor. —> Hier betekent ‘voorkomen’ zoiets als ‘zich bevinden’. 

Slide 13 - Slide

Twijfels? Een koppelwerkwoord is vervangbaar door een ander koppelwerkwoord
Als je nog twijfelt of je wel of niet met een koppelwerkwoord te maken hebt, kun je altijd controleren of je het kunt vervangen door 1 van de andere koppelwerkwoorden.
Je kunt daarvoor de koppelwerkwoorden het beste in groepjes verdelen. De woorden in die groepjes zijn onderling makkelijk te vervangen.

Slide 14 - Slide

Twijfels? Een koppelwerkwoord is vervangbaar door een ander koppelwerkwoord
Groepje 1 voorbeelden: 
zijn  | worden
Bijvoorbeeld:
Hij is ziek. —> Hij wordt ziek.
Dirkje wordt kampioen. —> Dirkje is kampioen. 



Slide 15 - Slide

Twijfels? Een koppelwerkwoord is vervangbaar door een ander koppelwerkwoord
Groepje 2 voorbeelden:
blijven | blijken | lijken | schijnen
Bijvoorbeeld:
Mira blijft leuk. —> Mira blijkt leuk.
Die som lijkt moeilijk —> Die som blijft moeilijk.  



Slide 16 - Slide

Twijfels? Een koppelwerkwoord is vervangbaar door een ander koppelwerkwoord
Groepje 3
(heten) | dunken | voorkomen
Loes komt mij aardig voor. —> Loes dunkt mij aardig.
Het werkwoord ‘heten’ staat hier tussen haakjes, omdat dit werkwoord niet altijd te vervangen is. Toch mag je het blijven zien als een koppelwerkwoord.




Slide 17 - Slide

zelfstandig werkwoord
Dus met een zelfstandig werkwoord en met een koppelwerkwoord.

Slide 18 - Slide

Leg uit wat een zelfstandig werkwoord aangeeft.

Slide 19 - Open question

Leg uit wat de functie is van een hulpwerkwoord.

Slide 20 - Open question

Benoem het (de) werkwoord(en) in de volgende zin:

Jip geeft vanavond de planten water.
A
Jip
B
geeft planten
C
geeft
D
water

Slide 21 - Quiz

Benoem het onderwerp van de zin:

Jip geeft vanavond de planten water.
A
vanavond
B
Jip
C
planten
D
water

Slide 22 - Quiz

Geef aan wat het onderwerp van de zin DOET:

Jip geeft vanavond de planten water.

Slide 23 - Open question

Maken
Lesboek blz. 60-61
Opdracht 1-2-3-4 (5 niet!)

Slide 24 - Slide

Geef aan wat het onderwerp van de zin DOET:
(m.a.w. wat is de handeling?)

Katja schijnt met de zaklamp.

Slide 25 - Open question

Geef aan wat het onderwerp van de zin DOET:
(m.a.w. wat is de handeling?)

Vanavond moet Ajax tegen Barcelona voetballen.

Slide 26 - Open question

Geef aan wat het onderwerp van de zin DOET:
(m.a.w. wat is de handeling?)

Vorige week heeft de docent de toets nagekeken.

Slide 27 - Open question

Staat er een handeling in de volgende zin?

De hond blijft de hele tijd in z'n mand liggen
A
Ja
B
Nee

Slide 28 - Quiz

Staat er een handeling in de volgende zin?

De hond blijft de rest van z'n leven kreupel.
A
Ja
B
nee

Slide 29 - Quiz

Staat er een handeling in de volgende zin?

De leerlingen waren erg moe.
A
Ja
B
Nee

Slide 30 - Quiz

DOE-zin   
Het onderwerp van de zin doet iets
--> voert een handeling uit

Ajax moet vanavond tegen Barcelona voetballen.
OW = Ajax
handeling = voetballen
ZIJN-zin:
Het onderwerp van de zin is iets
--> toestand, kenmerk, eigenschap
Ajax is de sterkste ploeg.

OW = Ajax        
maar geen handeling!


Slide 31 - Slide

ZIJN-zin --> KWW
In een ZIJN-zin staat altijd het werkwoord zijn of een ander werkwoord dat met 'zijn' te maken heeft. Dat noem je koppelwerkwoorden.
Die werkwoorden verbinden het onderwerp van de zin met een kenmerk of een eigenschap ervan.

Ajax is  de beste ploeg.
Ajax (OW)     ----------->  de beste ploeg.
                                 is


Slide 32 - Slide

ZIJN-zin --> KWW
Koppelwerkwoorden: zijn, worden, blijven, blijken, lijken, schijnen

Ajax            is                 de beste ploeg
                     wordt
                     blijft
                     blijkt
                     lijkt
                     schijnt

Slide 33 - Slide

KWW en HWW
Als er meerdere werkwoorden in een ZIJN-zin staan is er altijd maar één het koppelwerkwoord. De andere werkwoorden zijn dan hulpwerkwoorden. Zij 'ondersteunen' het KWW.
Het KWW staat dan meestal achteraan in de zin.

Ajax is altijd de beste ploeg geweest.
         hww                                            kww

Slide 34 - Slide

DOE-zin of ZIJN-zin?
De eenden blijven lang in de vijver zwemmen
A
DOE-zin
B
ZIJN-zin

Slide 35 - Quiz

DOE-zin of ZIJN-zin?
De eenden blijven op hun plek in het park.
A
DOE-zin
B
ZIJN-zin

Slide 36 - Quiz

DOE-zin of ZIJN-zin?
De eenden blijven hongerig.
A
DOE-zin
B
ZIJN-zin

Slide 37 - Quiz

Hij lijkt een hele lieve jongen.
lijkt = KWW?
A
Ja
B
Nee

Slide 38 - Quiz

De zon schijnt de hele dag!
schijnt = KWW?
A
Ja
B
Nee

Slide 39 - Quiz

De agent wordt hard geslagen.
wordt = KWW?
A
Ja
B
Nee

Slide 40 - Quiz

De oude vrouw BLIJKT erg ziek te zijn.
Wat is BLIJKT voor woordsoort?
A
HWW
B
KWW

Slide 41 - Quiz

Hij is eindelijk verstandig geworden.
Welk woord is KWW?
A
is
B
eindelijk
C
verstandig
D
geworden

Slide 42 - Quiz

Bedenk nu zelf een zin met een KWW erin.

Slide 43 - Open question

In hoeverre ken je nu het verschil tussen een DOE-zin en een ZIJN-zin?
😒🙁😐🙂😃

Slide 44 - Poll

In hoeverre ken je nu het verschil tussen een HWW en een KWW?
😒🙁😐🙂😃

Slide 45 - Poll

In hoeverre kun je een HWW en een KWW herkennen in een zin?
😒🙁😐🙂😃

Slide 46 - Poll