3.1 Ionen en zouten

Zouten
1 / 18
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with text slides.

Items in this lesson

Zouten

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
- We gaan beginnen met hoofdstuk 3: zouten
- kijken naar de ion binding en het ionrooster
- werken aan de verhoudingsformules van zouten  

Slide 2 - Slide

Aan het einde van de les
- Kun je de lading van ionen uit je hoofd of vinden in de binas
- Kun je de verhoudingsformule van een zout opstellen
- Kun je zouten een naam geven
- Kun je een ion rooster tekenen 

Slide 3 - Slide

Ten eerste: Wat zijn zouten ook alweer?

Slide 4 - Slide

Ten eerste: Wat zijn zouten ook alweer?

Combinatie van een metaal atoom + niet metaal atoom

Slide 5 - Slide

Ten eerste: Wat zijn zouten ook alweer?

Combinatie van een metaal atoom + niet metaal atoom

Zout is opgebouwd uit ionen = geladen deeltjes 
Lading ontstaat door een te veel/te weinig aan elektronen 
elektronen = negatief geladen

Slide 6 - Slide

Zouten
Metalen = geven elektronen weg --> positieve lading

niet-metalen = nemen elektronen op --> negatieve lading

Slide 7 - Slide

Hoe weet je wat de lading is?

Slide 8 - Slide

Hoe weet je wat de lading is?
- BiNaS tabel 99, rechts boven: oxidatie getallen

Dit is niet altijd handig om te gebruiken! 
Kijk maar naar Broom, deze heeft een lading van -1
in de binas staat +1, +5 en -1. 
Alleen handig als er maar 1 getal staat (zoals bij Magnesium) 

Slide 9 - Slide

Het opbouwen van een zoutmolecuul:
Het zout zelf is ALTIJD neutraal 
Dus er moeten evenveel + als - zijn



Slide 10 - Slide

naamgeving 
1. Eerst de naam van het metaal 
2. dan het niet-metaal 
3. eindigen op -ide

Hierbij gebruik je GEEN griekse telwoorden zoals mono di tri etc. 

Slide 11 - Slide

Bijvoorbeeld een combinatie van Natrium en Chloor
Natrium lading:

Chloor lading:

Verhoudingsformule:
Naamgeving:

Slide 12 - Slide

Bijvoorbeeld een combinatie van Magnesium en chloor 
Magnesium lading:

Chloor lading:

Verhoudingsformule:
Naamgeving:

Slide 13 - Slide

Bij zouten gebruik je dus GEEN griekse telwoorden als di, tri, tetra etc.

Want we weten als dat het altijd neutraal geladen is, dus er is maar 1 combinatie mogelijk.

Slide 14 - Slide

Ion-rooster
+ en - trekken elkaar aan
= ionbinding
= heel erg sterk!

geladen deeltjes kunnen niet vrij
bewegen -> geen stroomgeleiding
in vaste fase 

Slide 15 - Slide

Laten we even oefenen, geef de verhoudingsformule van de volgende zouten
1. Natriumbromide
2. Kaliumoxide
3. Magnesiumsulfide
4. Lithiumjodide
5. tin(|V)fluoride
*hint --> romeinse cijfers in de naam kunnen de lading aangeven*

Slide 16 - Slide

Vind de fout in de volgende verhoudingsformules
1. CaBr
2. MgF3
3. Ba2S
4. Fe3O2 (vanuit Ijzer(|||)oxide) 

Slide 17 - Slide

Weektaak deel 1 
- Maken opdrachten Voorkennis H3 (opdracht 1 t/m 4 en 6, blz 62)
- Maken opdrachten Ionen en zouten (opdracht 7 t/m 11, 13 en 15, blz 64)

Slide 18 - Slide