Paragraaf 2.9 Gesteentenkringloop

2.9 De gesteentekringloop


H2 Endogene en Exogene processen
Domein Aarde
H5
1 / 29
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

2.9 De gesteentekringloop


H2 Endogene en Exogene processen
Domein Aarde
H5

Slide 1 - Slide

Gesteentekringloop
  1. van gebergte tot sediment tot gebergte
  2. van magma tot basalt tot magma

Slide 2 - Slide

Lesdoel
  • Je kent de drie groepen gesteenten met de bekendste voorbeelden uit iedere groep. 
  • Je begrijpt hoe stollingsgesteenten, sedimentgesteenten en metamorfe gesteenten ontstaan. 
  • Je begrijpt hoe de gesteentekringloop werkt als gevolg van de inwerking van endogene en exogene processen.

Slide 3 - Slide

Klei
Schalie
Schist
Leisteen

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Gesteente groepen
  1. Stollingsgesteente
  2. Sedimentgesteente
  3. Metamorf gesteente

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Ontstaan
Sedimentgesteente:
  • Sediment wordt afgezet door de rivier
  • Sediment plakt onder druk aan elkaar
  • Druk van bovenliggende sedimentpakketen


Slide 8 - Slide

Uiterlijke kenmerken
Sedimentgesteente:
  • Gelaagd
  • Vaak met fossielen
  • Oorspronkelijke sedimentdeeltjes kunnen zichtbaar zijn

Voorbeeld: 

Slide 9 - Slide

Sedimentgesteente
Sedimentgesteente ontstaat als sediment samengeperst wordt van losse korrels tot een vast gesteente
bv. zandsteen en schalie


Slide 10 - Slide

Ontstaan
Stollingsgesteente:
  • Magma/lava stolt 
  • Basalt buiten de vulkaan
  • Graniet binnen in de aardkorst


Slide 11 - Slide

Uiterlijke kenmerken
Stollingsgesteente:
  • Geen gelaagdheid
  • Geen fossielen
  • Mineralen zijn zichtbaar als aparte kristallen

Voorbeeld: 

Slide 12 - Slide

Gesteentes: Stollingsgesteente
Gesteente is gestold, dus was vloeibaar
--> Endogeen proces!
Voorbeeld: Basalt, Graniet

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Ontstaan
Metamorf gesteente:
  • Onder hoge druk en/of hoge temperatuur verandert sedimentgesteente nog verder van samenstelling.


Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Uiterlijke kenmerken
Metamorf gesteente:
  • Helemaal gekristalliseerd
  • Geen holtes of barsten
  • Geen fossielen

Voorbeeld: 

Slide 17 - Slide

Klei
Schalie
Schist
Leisteen

Slide 18 - Slide

plantenresten -> veen -> bruinkool -> steenkool

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Deze figuur stelt de kringloop van gesteenten op het continent voor. Noteer de begrippen die bij de cijfers 1 t/m 4 in het schema passen. Kies uit: sedimentgesteente – gebergtevorming – sedimenttransport – verwering

Slide 23 - Open question

Geef de namen van drie sedimentgesteenten

Slide 24 - Open question

Onder welke twee omstandigheden ontstaat metamorf gesteente?

Slide 25 - Open question

Welk gesteente is NIET metamorf gesteente?
A
Gneis
B
Marmer
C
Schalie
D
Steenkool

Slide 26 - Quiz

0

Slide 27 - Video

Zet de diverse gesteenten op de juiste plek in de kringloop

Slide 28 - Slide

Aan de slag
- Maak de verkorte leerroute van paragraaf 2.9
- Klaar? Maak de hoofdvraag
- Maak de boxopdracht van 2.9

Slide 29 - Slide