Extra lv

Extra lv/mv
1 / 12
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Extra lv/mv

Slide 1 - Slide

Welkom!
Welkom 

Etui, planner, lesboek, schrift, leesboek, laptop dicht op tafel.

We starten met stillezen
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Terugblik

Slide 3 - Slide

Persoonsvorm

Slide 4 - Mind map

Onderwerp

Slide 5 - Mind map

Werkwoordelijk gezegde

Slide 6 - Mind map

Lijdend voorwerp (lv)
Het lijdend voorwerp is een nieuw zinsdeel. 

Bij het lijdend voorwerp 'overkomt iemand' of 'ondergaat een onderwerp' iets. 

Lijdend voorwerp (lv)

Slide 7 - Slide

Lijdend voorwerp
Het lijdend voorwerp vind je door te vragen: 
WIE (OF WAT) + WERKWOORDELIJK GEZEGDE + ONDERWERP

Let op: 
  • niet elke zin heeft een lijdend voorwerp: geen goed antwoord op de vraag? Geen lijdend voorwerp!
  • Lijdend voorwerp begint nooit met een voorzetsel!
Het lijdend voorwerp
Het lijdend voorwerp is de persoon die iets overkomt in de zin.

Slide 8 - Slide

Meewerkend voorwerp
Een meewerkend voorwerp is iemand die meewerkt met het onderwerp. Het meewerkend voorwerp ontvangt iets.

Leon geeft een cadeau aan Emma.

Let op! Niet iedere zin heeft een meewerkend voorwerp.

Slide 9 - Slide

Hoe vind je het MV?

Vraag:
Aan wie of voor wie + wwg + O+ LV
(aan wie/voor wie+ alles)

Slide 10 - Slide

Volgorde zinsontleden!
Piet= PV
Zag= zindsdelen
Grote= gezegde werkwoordelijk gezegde
Overhemden= Onderwerp

Liggen= LV
Met= MV

Slide 11 - Slide

Nu jij....
Maken h 22
opgave  2 en 5

Slide 12 - Slide