Eindopdracht - feedbackronde

Schrijfopdracht
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Schrijfopdracht

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Lezen fragment uit 400 brieven aan mijn moeder
  • Elkaar feedback geven op de eerste versie van de eindopdracht.
  • Je tekst aanpassen aan de hand van de verkregen feedback.
  • Oefentoets werkwoordspelling


Slide 2 - Slide



400 brieven aan mijn moeder

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Vraag 1
Het boek wordt deels verteld aan de hand van brieven die Joseph van zijn familie en vrienden krijgt. Vooral de brieven van zijn moeder geven hem steun. Hoe zou jij de relatie tussen Joseph en zijn moeder beschrijven? 

Slide 5 - Slide

Vraag 2
Gedurende het fragment wordt duidelijk op basis van welke punten Joseph veroordeeld is. Eigenlijk is het al heel snel duidelijk dat deze punten voor een groot gedeelte niet kloppen. Toch wordt Joseph veroordeeld.
a. Hoe zou jij je voelen als jij ten onrechte wordt veroordeeld tot 10 jaar cel?
b. Hoe zou jij reageren?

Slide 6 - Slide

Vraag 3
Het fragment begint met het liedje Schaapje, schaapje, heb je witte wol ? Wat is volgens jou de reden dat de schrijver hiermee begint? 

Slide 7 - Slide

Schrijfopdracht
overtuigende (H3) of opiniërende (V3) tekst

Slide 8 - Slide

Doelen

  • Ik kan een overtuigende of opiniërende tekst schrijven, waarbij ik rekening houd met mijn lezer en met mijn tekstdoel.
  • Ik kan feedback geven en ontvangen.
  • Ik kan mijn tekst aanpassen op basis van de ontvangen feedback.

Slide 9 - Slide

Havo 3 - Betoog
Je schrijft een betogende tekst van minimaal 400 woorden. In de inleiding trek je de aandacht van de lezer en geef je je standpunt. 

In de kern geef je minimaal 3 argumenten waarmee je jouw standpunt onderbouwt. Ook noem je een tegenargument dat je vervolgens weerlegt. 

In het slot sluit je je betoog af door je standpunt (in andere woorden) te herhalen. Zorg voor een mooie laatste zin.

Slide 10 - Slide

Vwo 3 - Artikel
Je schrijft een opiniërende tekst van minimaal 400 woorden rondom het thema 'de maakbare mens'. Je kiest een structuur die bij je doel past. 
-In de inleiding trek je de aandacht van je lezer en introduceer je het onderwerp. 
-In de kern werk je je onderwerp uit. Je benoemt bijvoorbeeld de belangrijkste kenmerken, oorzaken en gevolgen of oplossingen.
-In het slot geef je een samenvatting of trek je een conclusie. 

Slide 11 - Slide

Wat lever je in?
-bouwplan
-link naar de drie gebruikte bronnen
-eerste versie van je tekst
-verkregen feedback
-tweede versie van je tekst

Slide 12 - Slide

Feedback geven
  • Je gaat de eerste versie van je tekst bespreken met je klasgenoten. .
  • Het  doel is dat jullie commentaar geven op elkaars schrijfwerk en daar   tegelijkertijd zelf ook van leren. Wees eerlijk; niemand heeft er iets aan   als je te 'lief' bent voor de ander.
  • Lees het stuk eerst goed door, ga daarna pas kijken of je fouten ziet of   suggesties tot verbeteringen kunt geven.

Slide 13 - Slide

Feedback geven
Voordat we elkaar van feedback gaan voorzien, sla je je bestand op onder een andere naam, bijvoorbeeld:
schrijfopdracht_feedback

Slide 14 - Slide

Feedbackgroepen
1)  Jiska, Nina, Benjamin, Joshua
2) Meike, Sofie, Merel, Jalissa
3) Robbin, Menzo, Jip
4) Thom, Guus, Robin
5) Aram, Loek, Kyan, Roan
6) Nils, Levi, Florian, Jens 
7) Tess, Eline, Nikki, Danielle
8) Ilana, Sophie, Amélie, Niels




Slide 15 - Slide

Vier rondes
  1.  Lay-out en inhoud                                         
  2. Taalgebruik en formulering                      
  3. Hoofdletters en interpunctie                  
  4. (Werkwoord)spelling                                   

Slide 16 - Slide

Lay-out en inhoud
  • wissel je tekst uit met een klasgenoot
  • lees de tekst eerst volledig door
  • lees de tekst nog een keer en let op lay-out (is de tekst goed ingedeeld?)     en inhoud (begrijp je de tekst, krijg je voldoende informatie?)
  • onderstreep of markeer tekstgedeelten waarin dit volgens jou nog niet voldoende naar voren komt, verbeter niets
  • noteer je Tops en Tips onder de tekst

Slide 17 - Slide

Taalgebruik en formulering
  • wissel je tekst uit met een klasgenoot
  • lees de tekst eerst volledig door
  • lees de tekst en let op taalgebruik en formulering: is het taalgebruik     passend, zijn de zinnen juist geformuleerd, zijn de zinnen niet te lang?
  • onderstreep of markeer tekstgedeelten waarin dit volgens jou nog niet het geval is, verbeter niets
  • noteer je Tops en Tips onder de tekst

Slide 18 - Slide

Hoofdletters en interpunctie
  • wissel je tekst uit met een klasgenoot
  • lees de tekst eerst volledig door
  • lees de tekst en let op hoofdletters, komma's en punten
  • onderstreep of markeer fouten, verbeter niets
  • noteer je Tops en Tips onder de tekst

Slide 19 - Slide

(Werkwoord)spelling
  • wissel je tekst uit met een klasgenoot
  • lees de tekst eerst volledig door
  • lees de tekst en let op (werkwoord)spelling
  • onderstreep of markeer fouten, verbeter niets
  • noteer je Tops en Tips onder de tekst

Slide 20 - Slide

En nu?
Verbeter je eigen tekst aan de hand van de feedback die je hebt gekregen.

Uiterlijke inleverdatum: donderdag 6 juni 8:00 uur 
(Magister - opdrachten)

Slide 21 - Slide

Doelen

  • Ik kan een overtuigende of opiniërende tekst schrijven, waarbij ik rekening houd met mijn lezer en met mijn tekstdoel.
  • Ik kan feedback geven en ontvangen.
  • Ik kan mijn tekst aanpassen op basis van de ontvangen feedback.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide