3BB 2.4 les 7

Paragraaf 2.4 Blessures
1 / 24
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Paragraaf 2.4 Blessures

Slide 1 - Slide

Bewegen

Botten kunnen zelf niet bewegen

Je spieren trekken samen (ze worden korter en dikker) en zo kan je bewegen.

Slide 2 - Slide


Als een spier samentrekt:
hoe lang kun jij dit?
De plank is een statische oefening, wat inhoudt dat je je lichaam een tijdje in een bepaalde houding moet houden zonder te bewegen.
timer
0:25
A
Wordt de spier korter en dunner
B
Wordt de spier langer en dikker
C
Wordt de spier korter en dikker
D
Wordt de spier langer en dunner

Slide 3 - Quiz

Spieren laten botten bewegen
Spieren kunnen alleen samentrekken. Om een spier weer langer en korter te maken heb je een andere spier nodig. Dat is de tegenovergestelde spier. 
Voorbeeld: biceps - triceps
De armbuigspier (biceps) en armstrekspier (triceps) werken samen bij het buigen en strekken van je arm. 

Slide 4 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen wat blessures zijn
  • Je kunt benoemen welke blessures er aan botten en gewrichten zijn
  • Je kunt een voorbeeld geven van hoe een blessure kan ontstaan  
  • Je kunt uitleggen wat overbelasting van spieren en gewrichten  is 

Slide 5 - Slide

Wat is een blessure?
Blessure = een beschadiging aan botten, spieren en gewrichten.
Het kan ontstaan door:
       - Valpartij 
       - Botsing 
       - Overbelasting 
       - Etc. 
De meeste blessures ontstaan tijdens het sporten.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Blessures aan botten en gewrichten


  1.  Botbreuk 
  2.  Ontwrichting 
  3.  Verstuiking (verzwikking)

Slide 8 - Slide

Botbreuk
- Het bot is gebroken.
- Meestal moet je in het gips zodat het bot weer aan elkaar groeit. 
- Herstel duurt ongeveer 6 tot 8 weken. 

Slide 9 - Slide

Ontwrichting 
  • De gewrichtskogel schiet dan uit de kom. 
  • Kan gebeuren als je verkeerd valt.
  • De arts moet je gewrichtskogel weer in de kom brengen

Slide 10 - Slide

Verzwikking
  • Bij een verzwikking raken het gewrichtskapsel en kapselbanden beschadigd. 
  • Wordt vaak dik door zwelling 
  • Doet pijn
  • Koelen met koud water of coolpak helpt tegen zwelling en pijn. 

Slide 11 - Slide

Wie heeft sneller een botbreuk?
A
baby
B
puber
C
bejaarde
D
kleuter

Slide 12 - Quiz

Bij welke sport heb je de
grootste kans op
blessures?
timer
1:00
A
Zaalvoetbal
B
Fitness
C
Hardlopen
D
Veldvoetbal

Slide 13 - Quiz

Bij welke blessure of blessures raken de gewrichtsbanden uitgerekt?
A
bij een botbreuk
B
bij een spierscheuring
C
bij een verstuiking
D
bij kramp

Slide 14 - Quiz

Blessures kunnen ontstaan door overbelasting
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quiz

Welke van onderstaande keuzes is een blessure aan een gewricht?
A
botbreuk
B
ontwrichting
C
bloeduitstorting
D
blauwe plek

Slide 16 - Quiz

Wat voor blessure hoort bij 'een gebroken been'?
A
ontwrichting
B
botbreuk
C
kneuzing
D
verzwikking

Slide 17 - Quiz

Hiernaast zie je twee röntgenfoto's van een vinger. Hoe heet deze blessure?
A
Ontwrichting
B
Botbreuk
C
Verzwikking

Slide 18 - Quiz

Welke blessure zie je op de foto?
A
Botbreuk
B
Ontwrichting
C
Verstuiking
D
Spierscheuring

Slide 19 - Quiz

Wat is een ander woord voor ontwrichting?
A
Uit de kom
B
een botbreuk
C
een verstuiking
D
een kneuzing

Slide 20 - Quiz

Kies het juist antwoord:
"Bij welke blessure raken de kapselbanden beschadigd?"
A
Bij een verzwikking
B
Bij een zweepslag
C
Bij een botbreuk
D
Bij een kneuzing

Slide 21 - Quiz

Van welke blessure kan je last krijgen als je te lang achter elkaar dezelfde beweging maakt?
A
Ontwrichting
B
botbreuk
C
Overbelasting
D
Kneuzing

Slide 22 - Quiz

De volgende les
Blessures aan spieren
Blessures voorkomen

Voorbereiden: lezen bladzijde 111 t/m 113

Formatieve toets 2.1 t/m 2.3

Slide 23 - Slide

Maken 

Opdracht 1 t/m 10 werkboek (blz. 107 t/m 110)

Lezen voor de volgende les: blz. 111 t/m 113
Leren: 2.1 t/m 2.3 formatieve toets






Slide 24 - Slide