WRE 2TN - Cursus Taal - §3 Jongerentaal en nieuwe taal

WELKOM BIJ NEDERLANDS!
Zitten volgens plattegrond;
Pak je materiaal voor.
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

WELKOM BIJ NEDERLANDS!
Zitten volgens plattegrond;
Pak je materiaal voor.

Slide 1 - Slide

Planning

Uitleg werkwoordspelling 

Zelfstandig met de oefeningen aan de slag
P L A N N I N G
Cursus 4 - Taal
1. Lesdoelen
2. Herhalings- en huiswerkvragen vorige les
3. Introductie §3
4. Uitleg begrippen
5. Samen oefenen
6. Zelfstandig werken
7. Terugblikken en afsluiten

Slide 2 - Slide

  • Je leert wat het begrip 'jongerentaal' betekent en je kunt hier voorbeelden bij geven.
  • Je leert wat het verschil is tussen jongerentaal en Standaardnederlands.
  • Je leert hoe taal verandert.
Lesdoelen

Slide 3 - Slide

Er volgen nu wat herhalingsvragen

Slide 4 - Slide

Kun je een voorbeeld noemen van een 'overdrijving'?

Slide 5 - Open question

Kun je een voorbeeld noemen van een 'drieslag'?

Slide 6 - Open question

steen, papier, schaar
A
overdrijving
B
drieslag

Slide 7 - Quiz

Ik sta al eeuwen te wachten!
A
overdrijving
B
drieslag

Slide 8 - Quiz

Dat heb ik al honderd keer gezegd
A
overdrijving
B
drieslag

Slide 9 - Quiz

Ik ga daar niet naartoe. Nu niet. Straks niet. Nooit niet.
A
overdrijving
B
drieslag

Slide 10 - Quiz

Ik ga daar nooit van mijn leven naartoe.
A
overdrijving
B
drieslag

Slide 11 - Quiz

Wat zie je hier?
A
overdrijving
B
drieslag

Slide 12 - Quiz

Wie weet de drieslag die bij de afbeelding hoort?

Slide 13 - Open question

§3 Jongerentaal en nieuwe taal

Slide 14 - Slide

Verandert de Nederlandse taal vaak? Wat denk jij?
A
De taal verandert vaak
B
De taal verandert nu al een tijdje niet meer
C
De taal verandert nooit

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Link

Jongerentaal van nu?

Slide 17 - Mind map

Docenten mogen geen jongerentaal/straattaal gebruiken.
eens
oneens

Slide 18 - Poll

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

  • Ontlening. We nemen een woord volledig over uit een andere taal.
  • Samenstelling. Twee woorden worden samengevoegd tot één.
  • Helemaal nieuwe vorm. Dit komt niet vaak voor. 
Hoe ontstaan nieuwe woorden dan?

Slide 21 - Slide

Ook jongerentaal levert nieuwe woorden op. Denk aan matties, rwina of herres. In jongerentaal ontstaan nieuwe woorden vaak door ontlening: woorden worden geleend uit Surinaams, Turks of Engels
Jongerentaal

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Link

Zoek een straattaalwoord op die je nog niet kent, zet de betekenis erbij.

Slide 24 - Open question

Zelfstandig werken
Wat:
Cursus 4 Taal: §3 Jongerentaal en nieuwe taal
Basis: opdracht 2 t/m 4 
Kader: opdracht 1 t/m 3
Hoe:
Zelfstandig. Zet de antwoorden in je schrift.
Hulp:
De 4 B's (poster whiteboard)
Tijd:
Tot de laatste vijf minuten van de les.
Klaar:
Kiezen uit:
- Puzzels achterin het lesboek maken
- Samenvatting maken van cursus 4
- Quizvragen bedenken die te maken hebben met §3
ZELFSTANDIG WERKEN

Slide 25 - Slide