What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Genetica basisbegrippen
Genetica
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Biologie
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
21 slides
, with
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Genetica
Slide 1 - Slide
Doelstelling
Je moet de volgende basisbegrippen kunnen omschrijven en kunnen toepassen in erfelijkheidsvraagstukken:
Genotype en fenotype
Gen en allel
Dominant allel en recessief allel
Homozygoot en heterozygoot
Slide 2 - Slide
Genotype: alle erfelijke informatie die vaststaat in het DNA/chromosomen.
Fenotype: het uiterlijk van een organisme.
Slide 3 - Slide
Genotype
In élke cel van je lichaam staat dezelfde erfelijke informatie
Mensen hebben in elke lichaamscel 46 chromosomen
Een stukje DNA waar informatie staat over 1 bepaalde eigenschap -->
GEN
Slide 4 - Slide
Type oorlel = genetische eigenschap
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Wat heb jij?
Slide 7 - Slide
Fenotype
Het fenotype zijn de waarneembare eigenschappen van een organisme
Je kunt je fenotype aanpassen
Deze aanpassingen geef je niet door aan je nakomelingen
Slide 8 - Slide
0
Slide 9 - Video
Genotype
+ Milieu -->
Fenotype
Slide 10 - Slide
Erfelijke informatie
Slide 11 - Slide
DNA structuur
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
de
46 chromosomen
van de mens
=
46 DNA-moleculen
Slide 14 - Slide
44 autosomen
+
2 geslachtschromosomen
(
XY
= man) (vrouw =
XX
)
Slide 15 - Slide
Lichaamscellen zijn
diploïd
(chromosomen in
paren
)
Geslachtscellen zijn
haploïd
(chromosomen in
enkelvoud
)
Slide 16 - Slide
Gen
Een stukje DNA
dat de code voor een
erfelijke eigenschap
draagt noemen we een GEN.
Voorbeeld erfelijk eigenschap: haarkleur, oogkleur en haarstijl.
Slide 17 - Slide
Genen
Voor
elke
erfelijke eigenschap geldt:
Je hebt 1 gen van je moeder en 1 gen van je vader gekregen
Slide 18 - Slide
Een baby is dus een mix van 2 sets van 23 genen
De moeder heeft voor elke erfelijke eigenschap 2 genen. Ze geeft er maar 1 door in haar eicel van elke eigenschap.
De vader heeft dit ook.
Een baby is dus een mix van de genen.
Slide 19 - Slide
Tweelingen
Eeneiige tweeling: tweeling die uit 1 bevruchtig is ontstaan. Hebben dus precies hetzelfde genotype.
Twee-eiige tweeling: onstaan uit 2 bevruchtingen dus niet hetzelfde genotype.
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
More lessons like this
D2BTH6 B2 oefenen
April 2019
- Lesson with
24 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 2
D2BTh6 B3 (Boek) Geslachtelijke voortpl ln
April 2019
- Lesson with
35 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 2
D2BTh6 B3 oefenen
April 2019
- Lesson with
16 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 2
9.1 Jouw waarneembare eigenschappen
June 2022
- Lesson with
29 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
D2BTh6 B1 Je uiterlijk - lln
April 2019
- Lesson with
27 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 2
9.1 Jouw waarneembare eigenschappen
May 2023
- Lesson with
25 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
D2BTH6 B2 Erfelijke eigenschappen - lln
April 2019
- Lesson with
48 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 2
Thema 3 Genetica Bs 1 t/m 3
June 2024
- Lesson with
38 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4