Disk thema 15 - deel 2

Welkom!
Maandag 4 oktober
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom!
Maandag 4 oktober

Slide 1 - Slide

Pak een laptop
1. Ga naar office.com
2. Ga naar SharePoint en open het document van de woorden van thema 15
3. Wacht tot je een woord krijg van mevrouw.

Slide 2 - Slide

Woordenschat
Vandaag leer je vijf (nieuwe) woorden bij het thema Nederland.
Schrijf het woord op en ook de betekenis.

Slide 3 - Slide

Even nadenken:
Welke woorden van thema 15 weet je nog?

Slide 4 - Mind map

schitterend
  • iets wat heel erg mooi is;
  • iets wat eruit ziet als glitters;
  • Zin: Zij heeft vandaag echt een schitterende jurk aan.

Slide 5 - Slide

tegenwoordig
  • iets van deze tijd;
  • iets wat nu is.
  • Zin: Tegenwoordig heeft bijna iedereen een mobiele telefoon.

Slide 6 - Slide

overtuigen
  • je wilt dat iemand dezelfde mening krijgt als jij;
  • argumenten en feiten gebruiken je om iemand te overtuigen.
  • zin: De winkelier probeert hem er van te overtuigen om een nieuwe telefoon te kopen. 

Slide 7 - Slide

neerzetten
  • iets op een lagere plek zetten;
  • je kunt alleen iets neerzetten als het ook kan staan.
  • Zin: Wil je mijn tas even op de grond neerzettten? Ik heb zo'n last van mijn rug. 

Slide 8 - Slide

het verschil
  • iets wat niet hetzelfde is;
  • zin: Er zijn veel verschillen tussen de leerlingen hier op school. Maar 1 ding is hetzelfde; ze komen hier allemaal om de Nederlandse taal te leren.

Slide 9 - Slide

Vul het goede woord in.
Hierna lees je een zin en jij moet het goede woord kiezen.

Slide 10 - Slide

Ze hebben een nieuw huis gekocht. Het is echt ....!

Slide 11 - Open question

Wat voor werk doet je vader .....?

Slide 12 - Open question

Als ik een nieuwe telefoon van mijn ouders wil, moet ik goede argumenten hebben om ze te kunnen ...

Slide 13 - Open question

Wat is het ... tussen een mandarijn en een sinaasappel?

Slide 14 - Open question

Die boodschappentas is erg zwaar, kun je hem niet beter even .... tot je de bus in kunt?

Slide 15 - Open question

Zinnen maken

Maak zinnen met de woorden.
Regels:
- denk aan de leestekens en hoofdletters;
- je schrijft 3 zinnen, je mag zelf kiezen welke woorden je gebruikt.

De woorden: de activiteit, allereerst, allerlei, beperkt, het advies

Slide 16 - Slide

Maak je eerste zin.

Slide 17 - Open question

Maak je tweede zin.

Slide 18 - Open question

Maak je derde zin.

Slide 19 - Open question

We gaan verder met Beter Nederlands.


1. nakijken oefening 7 t/m 10
2. Uitleg blz. 21 en 22
3. Huiswerk - Oefening 11 t/m 14

Slide 20 - Slide