grammatica: scheidbare werkwoorden

Van A tot Zin

3.4

1 / 14

Slide 1: Slide

NT2Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Van A tot Zin

3.4

Slide 1 - Slide

lesdoel

* Je herkent een scheidbaar werkwoord.

* Je maakt correcte zinnen met een scheidbaar werkwoord.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Wat is het hele werkwoord?

Ik meld me aan voor de cursus fotografie.

Slide 4 - Open question

Wat is het hele werkwoord?

Carlos pakt zijn cadeau uit.

Slide 5 - Open question

Schrijf de goede vorm.
(omdraaien) Hua ......de pannenkoeken .......

Slide 6 - Open question

Schrijf de goede vorm.
(opruimen) Na de les .....iedereen zijn spullen ....

Slide 7 - Open question

Schrijf de goede vorm.
(uitleggen) De docent ..... de opdrachten ....

Slide 8 - Open question

Geef antwoord in een hele zin.
Hoe laat sta je op?

Slide 9 - Open question

Geef antwoord in een hele zin.
Hoe laat ga je weg?

Slide 10 - Open question

Geef antwoord in een hele zin.
Wat neem je mee naar school?

Slide 11 - Open question

Praat samen. Maak een hele zin.

1. Wat doe je na het eten? (afwassen)

2. Wat doet een docent na de les? (nakijken)

3. Wat doen mensen in hun vakantie? (uitrusten)

4. Wat doe je als je een Nederlands woord niet kent? (opzoeken)

5. Wat doe je als de telefoon gaat? (oppakken)

6. Wat doe je als je naar buiten gaat? (aantrekken)

timer

5:00

Slide 12 - Slide

Pak je boek

Maak de opdrachten van:

3.4

Slide 13 - Slide

EXTRA **

Slide 14 - Slide