BSR 17/6 2ha Lezen §6 Stappenplan Lezen

Open alvast je boek op blz. 41.
Log alvast in op LessonUp
 (de code staat linksonder in beeld).

§5 Hoofd- en bijzaken
§6 Werken met het
stappenplan Lezen


Voordat we beginnen:
timer
2:00
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Open alvast je boek op blz. 41.
Log alvast in op LessonUp
 (de code staat linksonder in beeld).

§5 Hoofd- en bijzaken
§6 Werken met het
stappenplan Lezen


Voordat we beginnen:
timer
2:00

Slide 1 - Slide

  • Je kent de drie fases van het stappenplan Lezen.
  • Je kunt langere teksten met veel informatie lezen en begrijpen aan de hand van het stappenplan Lezen.
Lesdoelen

Slide 2 - Slide

In deze les:
  • Verder werken aan 
    Cursus 1: Meer dan lezen.
  • Korte herhaling paragraaf 5: hoofd- en bijzaken.
  • Uitleg paragraaf 6: werken met
    het stappenplan Lezen.
  • Opdracht 1 maken en bespreken.
  • Opdracht 2 vraag 1 t/m 9 maken (huiswerk).

Slide 3 - Slide

De belangrijkste informatie in een tekst noemen we de hoofdzaken. Wat minder belangrijk is, zoals een anekdote, een toelichting (voorbeeld) of een vergelijking, zijn de bijzaken. De hoofdzaken van een tekst vind je vaak op voorkeursplaatsen, zoals de inleiding en het slot van een tekst en het begin of het einde van een alinea.
Hoofd- en bijzaken

Slide 4 - Slide


Zo vind je hoofdzaken: 

  • De zin die de hoofdzaak van een alinea bevat, is de kernzin. Dat is meestal de eerste zin en soms de laatste. Ook de tweede zin is weleens de kernzin. In dat geval is de eerste zin een inleidende zin en/of geeft hij het verband met de vorige alinea(’s) aan. Soms heeft een alinea geen kernzin. Je moet de hoofdzaak dan zelf bepalen.

Slide 5 - Slide

Hoofdzaken
Bijzaken
de eerste alinea
toelichting
de kernzinnen van alle alinea's
uitleg
de laatste alinea
voorbeelden

Slide 6 - Slide


Het stappenplan lezen



Als je een tekst leest voor een proefwerk of SO, volg je een aantal stappen. Bedenk voordat je leest waarom de tekst leest. Bepaal dan welke stappen uit het stappenplan nodig zijn.

Slide 7 - Slide

Stap 1: Oriënterend lezen
Het doel van oriënterend lezen is het onderwerp van de tekst vinden.

1. Bepaal het onderwerp van de tekst:
lees de titel, bekijk de eventuele afbeelding(en) en lees de eerste alinea(’s).

2. Vraag je af:
- Wat weet ik al van dit onderwerp?
- Wat zou er over dit onderwerp in de tekst staan?

Slide 8 - Slide

Het doel van globaal lezen is om deelonderwerpen te vinden. 

3. Stel vast uit welke alinea(’s) de inleiding en het slot bestaan. Zet strepen tussen inleiding,
 middenstuk en slot.

4. Probeer in het middenstuk deelonderwerpen te onderscheiden: lees van elke alinea het begin en het eind en ga op zoek naar kernzinnen. Zet een streep tussen alinea’s die elk bij een ander deelonderwerp horen.
Stap 2: Globaal lezen

Slide 9 - Slide

Stap 3: Precies lezen
Het doel van precies lezen is weten
waar de tekst over gaat
.

5. Ga na of je eerdere verwachtingen over de tekst worden bevestigd.
6. Noteer (in de kantlijn) de betekenis van woorden die je niet kent: gebruik de woordraadstrategieën en zo nodig een woordenboek.
7. Markeer van elke alinea de kernzin of de woorden die samen de belangrijkste informatie bevatten.
8. Markeer de signaalwoorden die verbanden tussen alinea’s aangeven.

Slide 10 - Slide

Stap 3: Precies lezen

9. Noteer (in de kantlijn) de deelonderwerpen: formuleer ze als een informerend kopje of als een vraag die in het betreffende tekstgedeelte wordt beantwoord.
10. Markeer de signaalwoorden die een verband tussen of binnen zinnen aangeven.
11. Markeer de hoofdgedachte van de tekst of noteer die in eigen woorden.
12. Noteer het (belangrijkste) tekstdoel.

Slide 11 - Slide

Welke tekstdoelen ken je nog?

Slide 12 - Mind map

§6 Werken met het
stappenplan Lezen
Opdracht 1
blz. 42-44
timer
12:00

Slide 13 - Slide

Nakijken: 
Opdracht 1 op
blz. 42-44

Slide 14 - Slide

Uitlegfilmpje!

Slide 15 - Slide

Wat?
§6 Werken met het stappenplan Lezen. 
Opdracht 2 op blz. 44-46. Vraag 1 t/m 9.
Hoe?
stappenplan Lezen
Hulp
Opdracht 1
Tijd
blz. 42-44
Waarom?
Om te oefenen met het herkennen en gebruiken van feiten, meningen en argumenten in een tekst.
Klaar?
Maak alvast een begin aan opdracht 6 en 7
(blz. 37-38).
Oefenen (huiswerk voor morgen)
timer
10:00

Slide 16 - Slide

  • Je kunt onderscheid maken tussen feiten, meningen en argumenten in een tekst.
  • Je weet hoe je hoofd- en bijzaken kunt herkennen in een tekst.
  • Je kunt een samenvatting of schema maken van een tekst.
Lesdoelen

Slide 17 - Slide

Met welke manier van lezen vind je ook alweer het onderwerp van een tekst?
A
Precies lezen
B
Oriënterend lezen
C
Nauwkeurig lezen
D
Begrijpend lezen

Slide 18 - Quiz

Waar let je op als je een tekst oriënterend leest?

Slide 19 - Open question

Oriënterend lezen
Globaal lezen
Precies lezen
Je bekijkt de titel, tussenkopjes en afbeeldingen van de tekst.
Je leest de tekst helemaal.
Je bepaalt welke delen van de tekst inleiding en slot zijn.
Lees de eerste alinea of de eerste twee alinea's.
Je noteert van elke alinea in een paar woorden het deelonderwerp in de kantlijn.
Je leest van elke alinea de eerste en de laatste zin.

Slide 20 - Drag question

Neem deel onze LessonUp klas
Wat kun je hier vinden?
  • LessonUps
  • Video's
  • Handige websites 

Klassencode
u2ha: ihcqy

Slide 21 - Slide