Je gaat op stage/werk/school (alleen medewerkers) een onderzoekje doen. Je onderzoekt hoe een medewerker ergonomisch werkt. In les 3 lever je je onderzoekverslagje in. Het onderzoekje verloopt in paar stappen.
Stap 1: Maak een interview met 10 open vragen. Je gaat op stage/werk/school 1 medewerker interviewen.
Stap 2: Maak een observatieplan. Denk hierbij aan de 5 W-vragen. Wie, wat, waar, wanneer en waarmee ga je observeren? Je gaat 1 persoon observeren.
Stap 3: Zoek bronnen op over ergonomisch werken. Denk hierbij aan websites, krantartikelen en boeken. Beschrijf de gevonden informatie in je verslag en vat het in je eigen woorden samen. Beschrijf dus minimaal een half a4 in eigen woorden wat ergonomisch werken is.
Stap 4: Maak een begin van je verslag. Het verslag moet voldoen aan de volgende eisen: voorblad, inhoudsopgave, inleiding, bladzijdenummering, informatie over ergonomie, uitslag van interview, uitslag van observatie, praktische tips voor medewerkers op je stage en slot. Het is belangrijk dat je je verslag in eigen woorden beschrijft.
Stap 5: Interview de medewerker.
Stap 6: Zoek op stage of internet naar protocollen over ergonomisch werken. Dit kan je als bron toevoegen in je onderzoekverslagje
Stap 7: Het onderzoekverslagje lever je na afloop van les 3 in