Tema 3 - LD1 - hay en estar

¡Bienvenidos!
1 / 18
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

¡Bienvenidos!

Slide 1 - Slide

¿Qué tal las vacaciones?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

Programa de hoy
1. Nieuw thema + globale planning
2. Introductie LD1
2a. verschil estar / hay
2b. vocabulario
2c. Voorbereiden LD1

Slide 3 - Slide

El pueblo/la ciudad y el colegio
LD 1. Gesprekje - Winkels en bezienswaardigheden kennen
LD 2. Routebeschrijving
LD 3. Schrijven -  Mijn ideale stad/dorp
LD 4. Vlog - mi colegio
LD 5. Gesprekje - mi horario
TF = filmpje over droomschool.

Slide 4 - Slide

12 mei
LD1
19 mei
LD2
hemelvaart
2 juni
LD3
9 juni
LD4
16 juni
LD5
23 juni
30 juni
Tarea Final

Slide 5 - Slide

LD1
Leerdoel: Ik kan laten zien dat ik in een gesprek kan aangeven waar bepaalde winkels/bezienswaardigheden zich in een dorp of stad bevinden.
- Minimaal 20 winkels/plekken
- Maak gebruik van hay/estar
- Maak gebruik van de voorzetsels

Slide 6 - Slide

Classroom - Voorbereiding deel 1
Klaar?
Laat het zien en haal bij mij de antwoorden op. 

Als je de antwoorden hebt gecontroleerd maak je voorbereiding deel 2: woordenlijst maken van 20 woorden. 

Tijd - tot einde van 1e les.
Klaar? Leer de woordjes van je woordenlijst.

Slide 7 - Slide

Wat betekenen de werkwoorden ser & estar.
Wanneer gebruik je welke?

Slide 8 - Open question

Nieuw werkwoord - hay
Estoy en el supermercado

Hay un cine en la ciudad

Hay una biblioteca en mi pueblo.

El colegio está en mi calle. 
Kun je uit deze voorbeelden een regel opmaken?

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

La manzana ______ en la mesa
A
está
B
hay

Slide 11 - Quiz

Perdona ¿_____ un parque cerca de aquí?
A
está
B
hay
C
están
D
estás

Slide 12 - Quiz

Pepe y Carmen _____ en el supermercado
A
está
B
hay
C
están
D
estáis

Slide 13 - Quiz

______ muchos chicos en la clase
A
está
B
hay

Slide 14 - Quiz

Mama ¿dónde _____ mi mochila?
A
está
B
hay
C
están
D
hay

Slide 15 - Quiz

Plaatsbepalingen:
achter
detrás de
voor
delante de
naast
al lado de
tegenover
enfrente de
rechts
a la derecha de
links
a la izquierda de
dichtbij
cerca (de)
verweg
lejos (de)

Slide 16 - Slide



Hay una panadería en la ciudad?
-Sí, la panadería esta cerca del banco
-Sí, la panadería esta a la derecha de la farmacia
-Sí, hay una panadería en la ciudad.
Voorbeelden:

Dónde está la biblioteca?
-La biblioteca está detrás de la escuela. 
Maak in tweetallen een gesprekje. Je stelt elk 10 vragen. De ander beantwoordt de vragen
Dit neem je volgende week in de les op. 

Slide 17 - Slide

Voorbereiden gesprek
Deze neem je volgende week op tijdens de les
10.00 - 10.15 uur.
Dus zorg dat je de voorbereidingen klaar hebt.

Huiswerk:
- 20 woorden leren
- startklaar zijn voor opnemen gesprek

Slide 18 - Slide