Les 14 herhalen

Les 14
Frans 
1 / 12
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with text slides.

Items in this lesson

Les 14
Frans 

Slide 1 - Slide

Programme
  • Presentie
  • Lesdoelen                                       
  • Oefentoets  uitdelen                      (35 min)
  • luisteren oefenen
  • Herhalen
      - Lidwoord + avoir
  • Afsluiting
  • Devoirs 

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Na de les...
...weet je wat je wel en wat je niet beheerst 
   betreffende de lesstof. 

...je kunt de Franse lidwoorden toepassen in een zin. 

...je kunt 'avoir' vervoegen naar de juiste personen. 

Slide 3 - Slide

Presentie

Slide 4 - Slide

Oefentoets
timer
35:00

Slide 5 - Slide

Luisteren oefenen
timer
35:00

Slide 6 - Slide

Het lidwoord
Hoe vertaal je 'de', 'het' en 'een' naar het Frans? Noem alle 6 vormen. 
  • de en het: le/l', la/l' en les
  • een: un, une, des

Hoe weet je welke vorm van het lidwoord je moet gebruiken in de onderstaande zinnen?
1. ______ (de) chien de Louis s'appelle Bruno. 
2. C'est _______ (een) grande caravane.
3. ______ (een) tente est confortable. 
4. ______ (het) hôtel est chique. 
5. ______ (de) soeurs sont belles.

Slide 7 - Slide

Het lidwoord
Je kunt dus aan het zelfstandig naamwoord zien welk lidwoord je moet gebruiken. 

Op de toets doe je dit als volgt:
- doordat je het geslacht mee geleerd hebt in je boek!!
- doordat er een (m) of (v) achter staat wanneer je het znw niet hebt hoeven leren.
- doordat je het geslacht al aan de vertaling kunt zien. (soeur, frère, mère, oncle, etc.)


Slide 8 - Slide

'Avoir' en de persoonlijke voornaamwoorden
Het werkwoord 'avoir'. 

Wat betekent dit werkwoord?
  • 'hebben'

Wat zijn persoonlijke voornaamwoorden?
  • je, tu, il, elle, on, nous, vous, ils, elles


Slide 9 - Slide

'Avoir' en de persoonlijke voornaamwoorden
Verbind nu de juiste vormen van 'avoir' met de juiste persoonlijke voornaamwoorden:

1. J'                   A. avons
2. Tu                 B. a
3. Il/elle/on     C. avez
4. Nous            D. ont
5. Vous            E. ai
6. Ils/elles        F. as

Slide 10 - Slide

Au travail!
Jullie gaan nu aan het werk met twee werkbladen. 
- werkblad lidwoorden
- werkblad werkwoord 'avoir' (hebben)

Ben je klaar dan ga je oefenen met slim stampen. Werkwijze hiervoor is als volgt:
- Laat je werkbladen zien en vraag of je op de telefoon mag werken. 
- Ga naar Magister en log in.
- Ga naar Leermiddelen > Fa Grandes Lignes > havo/vwo 6.1 > chapitre 1 > NIET een paragraaf aanklikken > scrol nu naar beneden naar slim stampen.
- Kies uit: vocabulaire, phrases clés of grammaire.
timer
20:00

Slide 11 - Slide

Devoirs
Leren voor de toets!

Maken werkblad lidwoorden + werkblad 'avoir'

Slide 12 - Slide