What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Persoonsvorm in een zin vinden
Doelen dit hoofdstuk:
Ik kan de persoonsvorm in een zin vinden
Ik kan het onderwerp in een zin vinden
Ik kan de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd spellen
1 / 16
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
This lesson contains
16 slides
, with
text slides
.
Lesson duration is:
20 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Doelen dit hoofdstuk:
Ik kan de persoonsvorm in een zin vinden
Ik kan het onderwerp in een zin vinden
Ik kan de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd spellen
Slide 1 - Slide
Deze les:
Terugblik werkwoorden
Terugblik verleden tijd en tegenwoordige tijd
Nieuw deze les:
Persoonsvorm zoeken!
Slide 2 - Slide
Terugblik: werkwoorden
Slide 3 - Slide
Tegenwoordige tijd en verleden tijd
1
.
Wat is de tegenwoordige tijd?
2. Wat is de verleden tijd?
Slide 4 - Slide
Tegenwoordig tijd of
Verleden tijd?
1. Hij gaat naar school
2. Gisteren ging hij naar school
Slide 5 - Slide
Even oefenen
Tegenwoordige tijd/ verleden tijd
BOEK :
Opdracht 1 bladzijde 181/ 182
Slide 6 - Slide
Antwoorden opdracht 1
2. Leslie
maakte
zich...
3. De winter
is
mijn favoriete..
4. Sherry
brengt
de flessen...
5. De tijger
was
jaren lang een..
6. De vervuiling van de aarde
werd
een steeds groter probleem
7. Het landschap van Terschelling
bestond
voor ..
8. Wij
doen
aan afvalscheiding
9. Ik
maak
een wandeling door..
10. Ook dieren
merkten
de verandering...
Slide 7 - Slide
wordwall.net
Slide 8 - Link
En dan nu...
De persoonsvorm zoeken!
Slide 9 - Slide
De persoonsvorm=
Altijd een werkwoord
Slide 10 - Slide
persoonsvorm
In elke zin staan werkwoorden. Een van deze werkwoorden is de persoonsvorm.
Maar....... hoe vind je de
persoonsvorm?
Slide 11 - Slide
Persoonsvorm
De zin
vragend
maken.
Het
eerste woord
is de persoonsvorm.
Ik mag mijn jas aantrekken.
Mag
ik mijn jas aantrekken??
OF..
Slide 12 - Slide
Persoonsvorm
De zin
in een andere tijd zetten
Het woord dat verandert = de persoonsvorm
Ik
mag
mijn jas aantrekken.
Ik
mocht
mijn jas aantrekken
Slide 13 - Slide
DUS:
Vraagzin
maken
OF
De zin
in een andere tijd zetten
Hij loopt naar school - Loopt hij naar school ?
Hij loopt naar school- Hij liep naar school
Slide 14 - Slide
Even oefenen
WAT moeten we doen??
1. Omcirkel de werkwoorden
2. Schrijf de zin in een andere tijd
3. Onderstreep het werkwoord in de zin!
BOEK :
Opdracht 2 bladzijde 183/ 184
Slide 15 - Slide
Antwoorden opdracht 2
2. x fout !
3. De mensen
worden
door grote roofvogels
aangevallen.
4. De roofvogel lok de aanvaller weg bij het nest.
5. Vogels
moesten
niet teveel aan mensen wennen.
6. Gewonde vogels
konden
agressief worden.
Slide 16 - Slide
More lessons like this
Klas 1 - Grammatica - persoonsvorm en zinsdelen
October 2024
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Klas 1 - Grammatica - persoonsvorm en zinsdelen
September 2024
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Klas 1 - Grammatica - persoonsvorm en zinsdelen
September 2022
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Spelling persoonsvorm in de tt
June 2019
- Lesson with
36 slides
Steunles spelling
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
H3 Persoonsvorm tegenwoordige tijd 1K
January 2021
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Cursus 7 § 8 Persoonsvorm tegenwoordige tijd
October 2022
- Lesson with
11 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Hoofdletters en leestekens
September 2024
- Lesson with
40 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Persoonsvorm tegenwoordige tijd
September 2024
- Lesson with
42 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1