P9 Les 4

Leerdolen 

  • Je kan een stad beschrijven
  • Je kent de plaatsvoorzetsels
  • Je kan de weg wijzen
1 / 11
next
Slide 1: Slide
SpaansMBOStudiejaar 3

This lesson contains 11 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Leerdolen 

  • Je kan een stad beschrijven
  • Je kent de plaatsvoorzetsels
  • Je kan de weg wijzen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Tekstboek  blz 55
5. Una ciudad que me gusta
Neem een stad in gedachten en schrijf er kort wat gegevens over op. 

¿Donde está?
¿Que hay?
¿Cómo es?
¿Que (no) te gusta?





Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Tekstboek  blz 56
Moverse por Madrid
6b Madrid en metro
Lee el texto y marca los medios de transporte que se mencionan.
6c Onderstreep in de tekst van oefening b much/a/os/as en muy en vul het schema aan.
Wanneer gebruik je muy en wanneer mucho (zie instructie)?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Video

This item has no instructions

Het verschil tussen muy en mucho
Blz 142 van je tekstboek 10.1

Muy staat voor bijvoegelijke naamwoorden of bijwoorden
Als bijwoord is mucho (heel/veel/vaak)onveranderlijk en staat het bij werkwoorden of los
OJO: Als bijvoeglijk naamwoord is mucho veranderlijk en richt zich naar het bijbehorende zelfstandig naamwoord.



Slide 5 - Slide

Muy = HEEL / Mucho = VEEL

Daarmee dek je de hele uitleg eigenlijk wel
Vul in: muy of mucho/a/os/as
1. Mi hermana es ................... simpática.
2. Tengo ...................... amigos.
3. En el parque hay ........................ gente.
4. Mi padre tiene un coche ................... bonito. 
5. En nuestro barrio hay ........................... casas. 
6. Mi amigo es.............. trabajador. Siempre estudia ................

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

MP TB p. 56
6d. ¿Vas mucho en transporte público? ¿Por qué (no)?

Yo voy mucho en autobús porque es rápido y barato

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Werkboek blz 56
Moverse por Madrid
6 Sonidos de la ciudad.
Luister naar de geluiden en schrijf in het Spaans op welke vervoersmiddelen je hoort.




Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Werkboek blz 56
Moverse por Madrid
Oefening 8





Slide 9 - Slide

This item has no instructions

MP WB p. 56
9 Preposiciones
Kies de juiste voorzetsel

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

MP TB p. 57 Para ir a...
7a Luister en markeer de juiste optie. 
7b Luister hoe het gesprek verder gaat en zet de zinnen van de routeaanwijzingen in de juiste volgorde.
7c In tweetallen. Kies een van de vier restaurants. Vertel je medestudent niet welk restaurant het is, maar leg uit hoe hij/zij er moet komen, vanaf het kantoor.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions