DISK thema 3 wonen- beginner (deel 1)

Welkom bij NT2!








Klas: 013
28 februari 2024


1 / 50
next
Slide 1: Slide
NT2ISK

This lesson contains 50 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Welkom bij NT2!








Klas: 013
28 februari 2024


Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Hoe gaat het met jullie?

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen?



DISK thema wonen: 
  • nieuwe woorden
  • taak 2: schema invullen en gesprek voeren
  • zelfstandig werken laptop 
  • vragencarrousel
  • raadspelletje

Lowan eten drinken: 
  • woorden flitsen, ganzenbord, woordzoeker, rendictee 






Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Nieuwe woorden
Jek
Je krijgt een woordenlijst van de docent.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

aan
  • voor wie is het? 
  • Zin: Ik schrijf een brief aan mijn broer.
  • Zin:  Ik geef de tas aan mijn moeder.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

achter
  • achter < > voor
  • aan de andere kant van iets of iemand
  • zin:  De poes zit achter de doos.
  • zin: Ik zit achter in de klas.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

al
  • alles
  • allemaal 
  • Zin: Ik heb het al gehoord.
  • Zin: Al zijn broers wonen in Nederland.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

ander
  • niet deze
  • niet hetzelfde
  • Zin: Ik woon nu in een ander huis.
  • Zin: Deze jas is van een ander.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

De bank
  • Meubelstuk voor twee of meer personen
  •  De bank
  • De banken
  • Het bankje
  • Ik zit op de bank en kijk tv.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

het bed
  • slaapplaats 
  • het bed - de bedden
  • het bedje
  • zin: In mijn slaapkamer staat een groot bed.
  • zin: Het is 11 uur, ik ga naar bed.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

beneden
  • plaats is lager
  • niet boven
  • Zin: Ik loop naar beneden.
  • Zin: De bal rolt naar beneden.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

blauw

  • kleur van zee en lucht
  • Zin: Mijn broek is blauw.
  •  De blauwe zee is mooi.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

blij
  • vrolijk
  • goed gevoel
  • happy
  • Zin: Ik ben vandaag heel blij.
  • Zin: Het blije meisje lacht de hele dag. 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

boven
  • plaats is hoger 
  • niet beneden
  • Zin: Ik loop naar boven.
  • Ik sta boven op een berg.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

buiten
  • niet binnen 
  • Zin: Ik speel altijd buiten.
  • Zin: Buiten schijnt de zon. 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

de buurt
  • een deel van een stad 
  • 1 buurt > 2 buurten
  • Zin: Ik woon in de buurt van de school.
  • Zin: In mijn buurt wonen veel kinderen.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

dank (dank je wel, bedankt)
  • je bent ergens blij om
  • Zin: Bedankt dat je me wilt helpen.
  • Zin: Dank je wel.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

het aanwijzend voornaamwoord
het aanwijzend voornaamwoord

dichtbij(hier)
ver weg(daar)
de-woord
deze
die 
het-woord
dit
dat
meervoud
deze
die

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

het dier
  • geen mens, geen plant
  • het dier - de dieren 

  • zin: Een kat is een dier.
  • zin: In het bos leven veel dieren.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Wat doe je in huis?

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Wat doe jij in huis?

Slide 22 - Mind map

This item has no instructions

Opdracht
Vraag aan de ander en vul in:

* Noem de activiteit
* Met wie doe je dat?
* Op welke dagen?
* Vind je dat leuk? 
Pak je taakboekje.

Naam van de ander
Zelf 4 activiteiten opschrijven

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

De tweetallen zijn:

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Disk

We werken zelfstandig in Disk  thema Wonen.

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Vragencarrousel
Werk in tweetallen en stel de vragen.

A: Wat staat er in jouw badkamer?
B: In mijn badkamer staat een wc, bad, en douche.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Raadspelletje
Werk in tweetallen en raad de woorden van elkaars kaartje. Wie heeft de meeste goed?

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Toets Lowan thema 4 'eten en drinken'

- woensdag 6 maart


Goed leren! :) 

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Praatplaat eten en drinken
Het ontbijt
Wie zie je allemaal?

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Ik ga naar de winkel en koop...............

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Woordzoeker
Maak de woordzoeker.

Slide 43 - Slide

Begeleide inoefening (rol = didacticus)
Los samen met de leerlingen een voorbeeld-probleem op en stel hierbij veel vragen om het begrip te controleren
Laat leerlingen samen een probleem oplossen en blijf het begrip controleren.
Stel vragen en laat leerlingen zo veel mogelijk hun denkproces verwoorden.


Ganzenbord 

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

de dobbelsteen
de pion

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

het bord
dobbelsteen gooien

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

start
einde

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Uitleg plaatjes

Slide 48 - Slide

This item has no instructions

1 plaats vooruit/verder
1 plaats terug

Slide 49 - Slide

This item has no instructions

Wie het hoogste gooit mag beginnen!

Slide 50 - Slide

This item has no instructions