Spelling bijwoord HavoVwo

Spelling
Week 10
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Spelling
Week 10

Slide 1 - Slide

Doel van de les


Je kunt het bijwoord herkennen en benoemen


Slide 2 - Slide

Wat is
een bijwoord?

Slide 3 - Mind map

Een bijwoord is een woord dat bijvoorbeeld een tijd of plaats aangeeft, of zegt hoe, hoe vaak of hoeveel iets gebeurt.


Hij komt altijd te laat.
We gaan daar eten.
Vanavond zal ik met je dansen!

Slide 4 - Slide

Van sommige bijwoorden is niet helemaal duidelijk wat ze benoemen, maar het zijn wel bijwoorden: 

ook, natuurlijk, misschien, gelukkig, helaas, bijvoorbeeld enzovoort.

Slide 5 - Slide

Een bijwoord kan ook iets over een ander woord zeggen, bijvoorbeeld over een bijvoeglijk naamwoord, werkwoord of ander bijwoord:


Dat is een zeer goede acteur. (zeer zegt iets over goede)
Hij werkt hard. (hard zegt iets over werkt)
De docent kan ontzettend goed uitleggen. (ontzettend zegt iets over goed)

Slide 6 - Slide

Aan het werk
Maak de volgende
opdrachten uit hoofdstuk 4.8:
Havo 4, 6, 7 en 8
VWO 3, 4, 5 en 6

Slide 7 - Slide

Doel van de les


Je kunt het bijwoord herkennen en benoemen


Slide 8 - Slide

Welk woord(en) is/zijn een bijwoord?
A
Hier
B
Altijd
C
Meer
D
Minder

Slide 9 - Quiz

Welk woord(en) is/zijn een bijwoord?
A
Vanavond
B
Soms
C
Klein
D
Groot

Slide 10 - Quiz

Spelling
Week 11

Slide 11 - Slide

Doel van de les


Je kunt het bijwoord en bijvoegelijke naamwoord bij herkennen en 


Slide 12 - Slide

Bijwoord of bijvoeglijk naamwoord
Sommige woorden zijn altijd een bijwoord:
Voorbeeld: vaak, ook, misschien, nergens, meestal.
Bij andere woorden hangt het van de zin af of ze als bijwoord of als bijvoeglijk naamwoord worden gebruikt:

Slide 13 - Slide


Het zijn slordige types.
slordig = bn
Ze schrijven slordig.
slordig = bw
Dat is een ongelooflijk bericht.
ongelooflijk = bn
Dat is een ongelooflijk goed bericht.
ongelooflijk = bw









Slide 14 - Slide

Dit zijn de verschillen.
Een bijvoeglijk naamwoord:
• hoort bij een zelfstandig naamwoord;
• verandert van vorm als het lidwoord en zelfstandig naamwoord daarom vragen:
– De goede acteur / Een goede acteur verdient veel.
– Het goede boek / Een goed boek is verfilmd.
Een bijwoord:
• hoort juist niet bij een zelfstandig naamwoord;
• verandert nooit van vorm.

Slide 15 - Slide

Doel van de les


Je kunt het bijwoord en bijvoegelijke naamwoord bij herkennen en 


Slide 16 - Slide